STOPPEN VAN DE MOTOR: auto met RENAULT card
3
Voorwaarden voor het stoppen
van de motor
Voordat u de motor stilzet, moet u contro-
leren of u de kaart nog steeds bij u heeft.
Druk bij stilstaande auto op knop 3.
Als de card zich niet meer in de detectiezone
bevindt na een eerste impuls verschijnen de
boodschappen "stoppen motor bevestigen",
en daarna "druk twee keer op STOP" op het
instrumentenpaneel 2.
2.8
2
Om het stoppen van de motor te bevestigen,
drukt u twee maal op knop 3.
De
stuurinrichting
vergrendelt
Controleer of het goed vergrendeld is.
Als de motor is gestopt, blijven de op dat
moment ingeschakelde accessoires (radio,
airconditioning, enz.) gedurende enkele mi-
nuten werken.
Als het bestuurdersportier geopend wordt,
schakelen de accessoires uit.
Controleer, als u de auto ver-
laat, in het bijzonder met de
RENAULT card bij u, dat de
motor inderdaad gestopt is.
Laat nooit de RENAULT card in
de auto liggen als u een kind of
een dier in de auto achterlaat.
Het kind zou de auto kunnen
starten of de ruiten kunnen bedienen en
zich ernstig kunnen verwonden aan hals,
arm, of hand als deze uit de auto steken.
zich.
Risico van ernstige verwondingen.
Zet nooit het contact uit voordat de auto
compleet stilstaat. Door het stilzetten
van de motor is er geen bekrachtiging
meer van de remmen, stuurinrichting,
enz. en zijn de passieve veiligheidsor-
ganen zoals de airbags, gordelspanners
uitgeschakeld.