Periode verlengen
U verlengt de periode voor het eerste
starten op afstand door de stappen
voor het activeren van starten op af‐
stand te herhalen. Tussendoor kan
de periode voor starten op afstand
maar één keer worden verlengd.
Starten op afstand buiten werking
stellen
Ga als volgt te werk op starten op af‐
stand buiten werking te stellen:
■ Handzender op de auto richten en
# indrukken en vasthouden totdat
de zijmarkeringslichten uit gaan.
■ Schakel de alarmknipperlichten in.
■ Druk op het instrumentenbord op
de toets m, met ingetrapt rempe‐
daal en druk weer op de toets m om
het contact uit te schakelen.
Situaties waarin starten op afstand
wellicht niet werkt
Situaties waarin starten op afstand
wellicht niet werkt zijn onder andere:
■ Motorkap open.
■ Storingen in de aandrijving van de
auto, zoals storingen in de emissie‐
regeling.
■ Storingen in de hoogspannings‐
accu.
Bij te weinig brandstof volgt er geen
tweede keer starten op afstand of ver‐
lenging.
Tijdens het starten op afstand zijn si‐
tuaties waarin starten op afstand wel‐
licht buiten werking wordt gesteld on‐
der andere:
■ Storingen in de aandrijving van de
auto of in de hoogspanningsaccu.
■ Motoroliedruk te laag.
■ Koelvloeistoftemperatuur te hoog.
Oplaadaansluiting
Druk op $ om de oplaadaansluiting
te openen.
Opladen 3 131.
Sleutels, portieren en ruiten
Storing in de handzender
Als de handzender niet goed kan wor‐
den bediend, heeft dit wellicht de vol‐
gende oorzaak:
■ Bereik overschreden
■ Batterijspanning te laag
■ Signaal geblokkeerd
Raadpleeg een werkplaats als het
probleem aanhoudt.
Let op: andere situaties, zoals ver‐
meld, kunnen de prestaties van de
handzender nadelig beïnvloeden.
Ontgrendelen 3 23.
Batterij van de
afstandsbediening vervangen
Let op
Raak bij het vervangen van de bat‐
terij niet het circuit van de zender
aan. De zender kan beschadigd ra‐
ken als u statisch geladen bent.
Zodra de reikwijdte afneemt, de bat‐
terij meteen vervangen.
21