Controlelampje
Naam
Controlelampje lage
bandenspanning/
waarschuwingssysteem
bandenspanning
*1: Modellen met het sleutelloze toegangssysteem hebben een knop ENGINE START/STOP in plaats van een contactschakelaar.
Aan/Knipperend
Gaat enkele seconden branden
●
wanneer u de contactschakelaar in
(
w
de stand AAN
*1
zet en dooft
vervolgens.
Kan kort branden als de
●
contactschakelaar in de stand
(
w
AAN
*1
is gezet en het voertuig
niet binnen 45 seconden gaat rijden,
om aan te geven dat de kalibratie is
nog niet voltooid.
●
Gaat aan en blijft aan wanneer:
-
De bandenspanning van één of
meer banden zeer laag is.
-
Het systeem niet is gekalibreerd.
●
Knippert ongeveer één minuut en
blijft branden als er een probleem is
met het waarschuwingssysteem
voor bandenspanning, of wanneer
een thuiskomer tijdelijk wordt
gemonteerd.
Uitleg
Gaat branden tijdens het rijden - Stop
●
op een veilige plek, controleer de
bandenspanning en pomp de band(en) op
indien nodig.
Blijft branden tot de banden de
●
aanbevolen bandenspanning hebben -
Het systeem moet worden gekalibreerd.
Kalibratie van het
2
waarschuwingssysteem voor
bandenspanning
BLZ. 455
●
Knippert en blijft branden - Laat uw
voertuig door een dealer controleren.
Als het voertuig is uitgerust met een
thuiskomer, dient u uw normale band zo
snel mogelijk te laten repareren of
vervangen en weer op uw voertuig te
monteren.
uuControlelampjesu
Bericht
VERVOLG
99