C Creative Auto-opnamen
(2) Achtergrond wazig
• Als [OFF] is ingesteld, verandert de mate van
achtergrondvervaging met de helderheid van het beeld.
• Bij een andere instelling dan [OFF] kunt u de
achtergrondvervaging zelf instellen, onafhankelijk van de
helderheid.
• Als u aan het instelwiel <6> of <5> draait om de cursor naar
rechts te verplaatsen, komt de achtergrond scherper in beeld.
• Draait u het instelwiel <6> of <5> zodanig dat de cursor naar
links gaat, dan wordt de achtergrond onscherper. Let op:
afhankelijk van het maximale diafragma van de lens (kleinste f-
getal) kunnen bepaalde instellingen op de schaal mogelijk niet
worden geselecteerd (aangeduid met •).
• Wanneer u tijdens Live view-opnamen aan het hoofdinstelwiel
<6> of <5> draait, wordt [Wazig simuleren] op het LCD-
scherm weergegeven. U kunt de hoeveelheid vervaging op de
voor- en achtergrond zien ten opzichte van het onderwerp waarop
is scherpgesteld (terwijl [Wazig simuleren] wordt weergegeven).
• Zie 'Portretfoto's maken' op pagina 97 als u de achtergrond
onscherp wilt weergeven.
• Afhankelijk van de gebruikte lens en de opnameomstandigheden
ziet de achtergrond er mogelijk minder onscherp uit.
• Bij gebruik van de flitser kan deze functie niet worden ingesteld.
Als <a> is ingesteld en u Achtergrond wazig kiest, wordt <b>
automatisch ingesteld.
Als [Wazig simuleren] tijdens Live View-opnamen wordt ingeschakeld, kan
het beeld dat wordt weergegeven terwijl <g> (pag. 245) knippert, meer
ruis bevatten of donkerder overkomen dan de daadwerkelijke opname.
92