Scherpstellen op andere onderwerpen dan gezichten
van mensen
Als u op <0> of de knop <L> drukt, wordt het AF-punt <z> in het
midden weergegeven en kunt u de toetsen <W> <X> of <Y> <Z>
gebruiken om het AF-punt te verplaatsen. Zodra het AF-punt <z>
scherpstelling heeft bereikt, wordt het onderwerp gevolgd, ook als
het onderwerp beweegt of als u de compositie wijzigt.
Als het gezicht van het onderwerp erg onscherp is, is gezichtsdetectie
niet mogelijk. Stel handmatig scherp (pag. 271) zodat het gezicht kan
worden herkend en voer vervolgens automatische scherpstelling uit.
Het is mogelijk dat een ander onderwerp dan een menselijk gezicht als
gezicht wordt herkend.
Gezichtsherkenning werkt niet wanneer het gezicht een erg klein of erg
groot deel van het beeld beslaat, te helder of te donker is of gedeeltelijk
is verborgen.
<p> kan ook alleen een deel van het gezicht dekken.
Gebruik het gebied AF-kader als hulpmiddel en stel scherp in het
gebied AF-kader.
De grootte van het AF-punt wordt gewijzigd, afhankelijk van
het onderwerp.
Maak de opname.
4
Controleer de scherpstelling en
belichting en druk de ontspanknop
helemaal in om de opname te maken
(pag. 242).
3 Scherpstellen met AF
261