Correctie van lensafwijking door
3
optische eigenschappenN
Lichtafval is een verschijnsel dat ervoor zorgt dat de hoeken van de
opname er donkerder uitzien als gevolg van de optische eigenschappen
van de lens. Een andere afwijking is het verschijnen van kleurranden
rond de contouren van het onderwerp. Dit heet chromatische aberratie.
Beeldvervorming door optische eigenschappen van de lens wordt
vervorming genoemd. En afgenomen opnamescherpte als gevolg van
het diafragma wordt diffractie genoemd. Deze lensafwijkingen kunnen
worden gecorrigeerd.
De opties [Corr. helderh. randen], [Corr. chromat. afw.]
en [Diffractiecorrectie] zijn standaard ingesteld op [Inschakelen],
en [Vervormingscorrectie] is standaard ingesteld op [Uitschakelen].
Als de correctiegegevens voor de lens zijn geregistreerd (opgeslagen)
in de camera, worden correctie van de helderheid van randen, correctie
van chromatische aberratie en vervormingscorrectie uitgevoerd, zelfs in
de Basismodus.
Als het instellingenscherm [Correctiegeg. niet beschikbaar] of het
pictogram [F] wordt weergegeven, betekent dit dat de
correctiegegevens voor de betreffende lens niet zijn vastgelegd in de
camera. Zie 'Correctiegegevens voor de lens' op pagina 183.
Correctie helderheid randen
Selecteer [Lensafwijkingscorrectie].
1
Selecteer op het tabblad [z1] de
optie [Lensafwijkingscorrectie] en
druk vervolgens op <0>.
Selecteer [Corr. helderh. randen].
2
179