Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Groepconfiguratie - Wisseling/Geavanceerde - Grundfos Modular Controls Installatie- En Bedieningsinstructies

Voor afvalwaterpompstations ww 2 toepassing, versie v02.00
Inhoudsopgave

Advertenties

14.5 Niveau-opnemer
Dit display maakt het voor de gebruiker mogelijk om de start- en
stopniveaus in te stellen voor het aantal pompen in het systeem,
alsmede hoog niveau, droogloopniveau, schuimafvoerniveau en
overstroming.
Als de functie "Wisseling" niet is aangevinkt is de pompnumme-
ring in overeenstemming met de volgorde waarop deze zijn aan-
gesloten, zie hoofdstuk
Plaatsing. Start 1 en Stop 1 is van toe-
4.
passing op de pomp die is aangesloten als nummer 1 in het sys-
teem.
In het geval dat de functie "Wisseling" is geactiveerd is deze één-
op-één-regel niet van toepassing. Dit betekent dat het laagste
niveau altijd één pomp start en het volgende niveau twee pom-
pen, etc.
Tevens wordt aantal bedrijfsuren gelijk verdeeld tussen de pom-
pen in het systeem.
Het systeem zorgt ervoor dat onderstaande regels worden nage-
leefd door automatisch de andere niveaus dienovereenkomstig
aan te passen om aan de regels te voldoen:
Het droogloopniveau is altijd lager dan het laagste stopniveau.
Het hoogniveau is altijd het hoogste niveau.
Het startniveau moet altijd hoger zijn dan het stopniveau van
dezelfde pomp.
Het storingsniveau kan in het bereik tussen het laagste startni-
veau en het hoogniveau worden ingesteld.
Bij het overstroomniveau loopt de vloeistof over de rand van de
put of in een overstroomkanaal. Het overstroomniveau ligt typisch
tussen het hoogste startniveau en de rand van de put.
Als, naast de niveau-opnemer, in het systeem een hoog-niveau-
vlotterschakelaar en/of een droogloop-vlotterschakelaar is opge-
nomen, moeten deze vlotterschakelaars in dit display worden
geselecteerd.
In de put moet de vlotterschakelaar hoogniveau worden geïnstal-
leerd boven het niveau dat als hoogniveau wordt aangeduid,
anders zal een storing "Niveauconflicten" optreden en werkt de
opnemer niet.
De droogloopvlotterschakelaar moet worden geïnstalleerd onder
het niveau dat als droogloopniveau wordt aangeduid, anders zal
een storing "Niveauconflicten" optreden en werkt de opnemer
niet.
Pad: Instellingen
>
Niveaus
>
76
Niveau-opnemeren
>
Wanneer de hoog-niveau-vlotterschakelaar wordt geselecteerd,
is de hoog-niveau-storing ingesteld. Indien dit niveau wordt
bereikt zullen alle pompen worden ingeschakeld.
Dit is bedoeld als noodbedrijf in het geval van een defecte vlotter-
schakelaar, hierbij kan een tijdsvertraging tussen de deactivering
van de hoog-niveau-vlotterschakelaar en het uitschakelen van de
pompen worden ingesteld. De waarde van deze tijdsvertraging
kan het beste proefondervindelijk worden bepaald, omdat het
afhangt van de actuele hoeveelheid water die de pompen kunnen
verplaatsen, zie paragraaf
14.12 Pomp -
Als er meer dan één groep is, dient door de gebruiker iedere
pomp aan een groep te worden toegewezen. Als de functie "Wis-
seling" niet is aangevinkt bepaalt het startniveau van elke pomp
de groep waarin een pomp dient te worden ingeschakeld. Als
pomp 1 bijvoorbeeld bij groep 2 hoort betekent start 1 dat een
pomp uit groep 2 dient te worden ingeschakeld, zie paragraaf
14.13.1
Pompgroepering.
Voor het verband tussen niveaus en wisseling, zie paragraaf

14.13 Groepconfiguratie - wisseling/geavanceerde

Voor nadere informatie over configuratie zie paragraaf
14.13.1
Pompgroepering.
De schuimafvoerniveaufunctie betekent dat het water naar dit
niveau wordt afgepompt. Zie ook paragraaf
stellingen.
N.B.: Het display zoals hieronder weergegeven dient als een
voorbeeld te worden beschouwd.
N.B.: De overstroomvlotterschakelaar wordt geselecteerd in
paragraaf
14.7.1
Overstroomsysteem.
tijdinstellingen.
wisseling.
14.12 Pomp - tijdin-

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave