Besturingselementen
Veiligheidssystemen voor het rijden
De mate van afwijking die door het ESC in de
dynamische modus wordt toegestaan, kan
worden aangepast.
De Variabele driftcontrole (VDC) is toegankelijk
via het centrale display. Hierdoor kan de
bestuurder het gewenste niveau van
ondersteuning voor de elektronische
stabiliteitsregeling selecteren.
Selecteer Variable driftcontrole in het
hoofdmenu en zet de schuifregelaar op Aan om
de functie te activeren.
Selecteer < of > om de drift naar wens te
verkleinen of te vergroten.
ESC UIT
1.
Als de dynamische modus van ESC nog niet
is ingeschakeld, drukt u kort op de toets
ESC UIT om de dynamische ESC-modus te
activeren.
2.
Houd de knop ESC UIT 2 seconden
ingedrukt, gevolgd door een bevestiging
en druk nogmaals binnen 5 seconden om
de elektronische stabiliteitsregeling uit te
schakelen.
2.34
ESC UIT wordt weergegeven op het
Bestuurdersdisplay en het
waarschuwingslampje ESC UIT gaat
branden.
Elektronische stabiliteitsregeling (ESC)
opnieuw activeren
Wanneer de elektronische stabiliteitsregeling
opnieuw wordt geactiveerd, gaat het
waarschuwingslampje ESC UIT op het
Bestuurdersdisplay uit.
OPMERKING: De elektronische
stabiliteitsregeling wordt automatisch
opnieuw geactiveerd wanneer het
contact de volgende keer wordt uit- en
weer ingeschakeld.
Procedure voor opnieuw activeren
Voer een van de volgende handelingen uit om
de elektronische stabiliteitsregeling opnieuw te
activeren:
Druk kort op de toets ESC UIT; het
waarschuwingslampje op het
Bestuurdersdisplay gaat uit.
Schakel het contact uit en weer in.