Advertenties
Voordat u gaat rijden
Veiligheid van de inzittenden
OPMERKING: De frontale
passagiersairbag wordt alleen
geactiveerd wanneer het
waarschuwingslampje PASSENGER AIR
BAG OFF (passagiersairbag uit) in de
dakconsole NIET brandt, zie
Inzittendendetectiesysteem -
passagiersstoel, pagina 1.29.
Hoofdairbags
WAARSCHUWING: Om het risico op
letsel voor inzittenden te
verminderen wanneer de
hoofdairbag wordt geactiveerd, moet
u ervoor zorgen dat:
er zich geen voorwerpen tussen de
inzittenden en de airbags bevinden.
er geen accessoires aan de portieren
zijn bevestigd.
zakken in kleding vrij zijn van zware
of scherpe voorwerpen.
inzittenden, met name kinderen,
mogen niet van binnenuit tegen de
portieren leunen.
De hoofdairbags bevinden zich in het bovenste
gedeelte van elk portier en worden geactiveerd
wanneer het systeem vaststelt dat de airbags
de inzittende aan de kant van de botsing extra
kunnen beschermen tegen hoofdletsel.
OPMERKING: De hoofdairbag aan de
passagierszijde wordt alleen
geactiveerd als de passagiersstoel
bezet is.
Inzittendendetectiesysteem -
passagiersstoel
Het systeem bepaalt of de passagiersstoel bezet
is met behulp van een detectiemat in de
stoelbasis en door de te controleren of de
veiligheidsgordel van de passagier is
vastgegespt. Het systeem deactiveert de
frontale passagiersairbag wanneer zich kinderen
in kinderzitjes op de stoel bevinden en wanneer
de stoel niet bezet is.
De status van de airbags wordt aangegeven met
het waarschuwingslampje PASSAGIERSAIRBAG
UIT op de dakconsole.
1.29
Advertenties
