Advertenties
Besturingselementen
Starten en rijden
Parkeerrem
OPMERKING: Als u op steile hellingen
omlaag parkeert, draait u de voorwielen
naar de stoeprand toe. Als u op steile
hellingen omhoog parkeert, draait u de
voorwielen weg van de stoeprand.
Status parkeerrem
Als het statuslampje parkeerrem
ingeschakeld knippert, is de parkeerrem
niet in-/uitgeschakeld. Om dit probleem op te
lossen, schakelt u de parkeerrem weer in/uit. Zie
Bediening van de parkeerrem, pagina 2.08.
2.08
Bediening van de parkeerrem
Om de parkeerrem in te schakelen, trekt u de
schakelaar uit; het rode statuslampje voor
parkeerrem ingeschakeld op het
Bestuurdersdisplay gaat branden.
OPMERKING: De parkeerrem van uw
voertuig is elektronisch en u hoeft de
schakelaar slechts licht te bedienen om
de parkeerrem in of uit te schakelen.
Om de parkeerrem uit te schakelen, houdt u het
rempedaal ingetrapt en drukt u de
parkeerremschakelaar naar binnen. Het rode
statuslampje voor parkeerrem ingeschakeld op
het Bestuurdersdisplay gaat uit.
WAARSCHUWING: Als de parkeerrem
handmatig wordt vrijgezet, kan het
voertuig gaan rijden.
OPMERKING: Als de parkeerrem niet
handmatig wordt vrijgezet, wordt deze
automatisch ontgrendeld zodra u
vooruit of achteruit rijdt, zolang aan de
volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bestuurdersportier is gesloten
Advertenties
