Fijnafstelling van de AF-positie (AF-fijnafstelling)
Als [1:Alles even veel] wordt geselecteerd, is afzonderlijke aanpassing van
o
de automatische scherpstelling niet mogelijk voor de groothoekstand en
telestand van zoomlenzen.
576
5
Maak de afstelling.
Door een instelling in de richting
z
van "–: " te kiezen, brengt u het
scherpstelpunt meer naar voren
ten opzichte van het standaard
scherpstelpunt.
Door een instelling in de richting
z
van "+:
" te kiezen, brengt u het
scherpstelpunt meer naar achteren
ten opzichte van het standaard
scherpstelpunt.
Druk na het doorvoeren van de
z
afstelling op < 0 >.
Druk nogmaals op < 0 >.
z
6
Controleer het resultaat van de
afstelling.
Maak een foto om de resultaten van
z
de aanpassing te controleren.
Herhaal de aanpassing zoals gewenst.
z