De belichting instellen vóór de opname
(Handmatige belichting)
In deze modus stelt u zowel de sluitertijd als het diafragma naar wens in.
Raadpleeg de indicator voor het belichtingsniveau of gebruik een in de
handel verkrijgbare belichtingsmeter om de belichting te bepalen.
* < a > staat voor handmatig.
(1)
(2)
(1)
(2)
1
Stel het programmakeuzewiel
in op <a>.
2
Stel de ISO-snelheid in (=213).
Met ISO auto kunt u belichtings-
z
compensatie instellen ( = 118).
3
Stel de sluitertijd en het diafragma in.
Stel de sluitertijd in met de knop < 6 > en
z
de diafragmawaarde met de knop < 5 >.
(1) Sluitertijd
(2) Diafragmawaarde
4
Stel scherp op het onderwerp.
Druk de ontspanknop half in.
z
Controleer de belichtingsniveaumarkering
z
< s > om te zien hoe ver het
huidige belichtingsniveau van het
standaardbelichtingsniveau is verwijderd.
(1) Standaardbelichtingsindex
(2) Markering belichtingsniveau
5
Stel de belichting in en maak de
opname.
Controleer de indicator voor het
z
belichtingsniveau en stel de sluitertijd
en het diafragma in.
Wanneer de ingestelde belichting meer
z
dan ±3 stops van de standaardbelichting
afwijkt, wordt bij het uiteinde van de
indicator voor het belichtingsniveau
< I > of < J > weergegeven.
117