Programma teachen
16.5 Blok wijzigen
Opmerking
Selectie van assen en parameters die moeten worden geteacht
M.b.v. het venster "Instellingen" kunt u instellen welke assen bij het teachblok moeten worden
overgenomen.
Hier bepaalt u ook of bewegings- en overgangsparameters voor het teachen beschikbaar
moeten worden gemaakt.
16.4.4
Cirkeltussenpunt en cirkeleindpunt CIP teachen
Bij de cirkelinterpolatie CIP voert u het tussen- en het eindpunt in. Die teacht u afzonderlijk in
één enkel blok. De volgorde waarin u beide punten programmeert, is niet bepaald.
Opmerking
Let erop dat de cursorpositie tijdens het teachen van beide punten niet wordt gewijzigd.
Het tussenpunt teacht u in het venster "Cirkeltussenpunt CIP".
Het eindpunt teacht u in het venster "Cirkeleindpunt CIP".
Het tussen- of steunpunt wordt enkel met de geometrieassen geteacht. Er moeten dus
minimaal 2 geometrieassen voor de overname zijn ingesteld.
Opmerking
Selectie van te teachen assen
M.b.v. het venster "Instellingen" kunt u instellen welke assen voor het teachblok moeten
worden overgenomen.
16.5
Blok wijzigen
U kunt een programmablok alleen met een gelijkaardig teachblok overschrijven.
De aswaarden die in elk venster worden weergegeven, zijn reële waarden, niet de waarden
die in het blok moeten worden overschreven!
Opmerking
Wanneer u in een programmablokvenster in een blok één of andere waarde buiten de positie
of de bijbehorende parameters wilt wijzigen, dan raden wij aan om de alfanumerieke invoer te
gebruiken.
360
Bedieningshandboek, 10/2015, 6FC5398-0EP40-0JA2
Slijpen