• Wanneer er een sterke kracht is uitgeoefend
op de gordel, door bijvoorbeeld een ongeval,
etc., laat de gordel dan controleren en indien
nodig vervangen ook als er geen zichtbare
onregelmatigheden zijn. Laat ook de oproller
en de gesp en sluiting controleren en
vervangen als er onregelmatigheden zijn.
• Let op dat de gordel niet bevuild raakt door
poetsmiddel, oliën, chemicaliën en vooral
accuzuur. Bij het schoonmaken veeg de
gordel voorzichtig schoon met een sopje
van neutraal schoonmaakmiddel en water.
De gordel moet worden vervangen als de
band rafelt of vuil of beschadigd is.
• Plaats geen harde of scherpe objecten in de
kleding of zakken waar deze in contact komen
met de gordel.
• Een beschadigde gordel kan ernstige letsels
veroorzaken. Echter kunnen ze niet volledig
beschermen tegen fatale ongevallen en
letsels. Houd hier rekening mee en rijd
voorzichtig.
2-10
Veiligheidsonderdelen