• Zorg dat u altijd een veilige remweg afstand
behoudt, en trap op het rempedaal indien
nodig.
• De werkelijke snelheid wanneer u een
helling op- of afrijdt kan verschillen van de
ingestelde snelheid. Vermijd indien mogelijk
het gebruik van het cruisecontrolsysteem op
een hellend wegdek en bergwegen.
• Gebruik de motorrem en het rempedaal op
een afdalende helling om de veiligheid te
waarborgen en de systemen van het voertuig
te beschermen.
Let op
Wanneer u de cruise control niet gebruikt, druk
dan op de cruisecontrol AAN/UIT-schakelaar
om het automatische cruisecontrol GEREED-
controlelampje uit te zetten.
Opmerking
• Om de cruisecontrol snelheid opnieuw in te
stellen, voert u stappen 2 en 3 opnieuw uit
terwijl de cruise control is ingeschakeld.
• Als u de banden op uw voertuig vervangt met
banden van een andere afmeting kan dit een
fout veroorzaken in de ingestelde snelheid.
In dit geval dient u contact op te nemen met
uw service centrum.
• Zie de volgende onderdelen voor details
over de werking van het voertuig en de
voorwaarden.
Snelheid opvoeren met de
cruisecontrol
Wanneer het cruisecontrolsysteem is
ingeschakeld
Om de snelheid op te voeren wanneer u rijdt
met de cruisecontrol aan drukt u de snelheid
bedieningshendel omhoog in de RES+ richting
terwijl u het gaspedaal niet intrapt.
Snelheid bedieningshendel
• De snelheid bedieningshendel eenmaal kort
omhoog drukken zal de snelheid met 1 km/u
doen toenemen.
• Als u de snelheidsbedieningshendel
lang omhoog drukt, zal de snelheid met
1 km/u toenemen. De snelheid blijft
worden opgevoerd zolang u de snelheid
bedieningshendel omhoog drukt.
Wanneer het cruisecontrolsysteem niet is
ingeschakeld
De volgende stappen beschrijven hoe u het
cruisecontrolsysteem kunt activeren wanneer
het niet is ingeschakeld en hoe u de ingestelde
snelheid kunt opvoeren.
1.
Druk op de cruisecontrol AAN/UIT-
schakelaar.
Het instrumentenbord toont "Auto cruise is
gereed".
2.
Om de cruisecontrol te activeren, trapt u het
gaspedaal in tot de rijsnelheid ongeveer
40 km/u heeft bereikt.
3.
Wanneer u de gewenste snelheid heeft
bereikt, drukt u de snelheidsregelaar
bedieningshendel in de SET- richting.
Als u de snelheidsbedieningshendel in de
richting van RES+ omhoog drukt, zal de
snelheid met 1 km/u toenemen.
4.
Nadat u de snelheid heeft ingesteld laat
u het gaspedaal langzaam los.
De ingestelde snelheid verhogen terwijl de
cruisecontrol actief is
Om de ingestelde snelheid in stappen te
verhogen terwijl de cruisecontrol actief is volgt
u de volgende stappen.
• Druk de snelheid bedieningshendel kort
omhoog in de RES+ richting (binnen
0,5 seconde). De ingestelde snelheid zal
met ongeveer 1 km/u toenemen elke keer
dat u de bedieningshendel omhoog drukt.
Starten en rijden
4
4-105