Inloggen
Upload
Handleidingen
Merken
SSANGYONG Handleidingen
Automobielen
J100 2022
SSANGYONG J100 2022 Handleidingen
Handleidingen en gebruikershandleidingen voor SSANGYONG J100 2022. We hebben
1
SSANGYONG J100 2022 handleiding beschikbaar als gratis PDF-download: Gebruikershandleiding
SSANGYONG J100 2022 Gebruikershandleiding (429 pagina's)
Merk:
SSANGYONG
| Categorie:
Automobielen
| Formaat: 82.34 MB
Inhoudsopgave
Gedetailleerde Inhoudsopgave
9
Aanbevolen Vloeistoffen en Smeermiddelen
2
Informatie over Opensourcesoftware
5
Gebruik de Onderdelen Van Het Voertuig Niet Voor andere Doeleinden
6
Het Belang Van Periodieke Controle
6
Informatie over Een Beroep Doen Op Een Erkend Servicecentrum Van Ssangyong
6
Introduction to Chapters
8
Inhoudsopgave
9
Inhoudsopgave
20
Gedetailleerde Inhoudsopgave
24
Afbeeldingen Inhoudsopgave
25
Achterste Gedeelte
26
Portier Aan Bestuurderszijde en Stuurwiel Gedeelte
27
Interieur Vooraanzicht (Geïntegreerd Bedieningspaneel Zonder Knoppen)
29
Achterbank
30
Bagageruimte
30
Motorcompartiment
31
Waarschuwings- en Controlelampjes
32
1. Voertuig Informatie en
35
Informatie over de Installatie Van ADR en Informatievoorziening
36
Gebruik Geen Veiligheidsgordelstopper
37
Gebruik Geen Speelmat
37
Voorzorgsmaatregelen Om Niet-Botsing Ongevallen te Verminderen
38
Voorzorgsmaatregelen Voor Mogelijk Gevaarlijke Veiligheidsgordelaccessoires
37
Gebruik de Klem Niet Om Het Veiligheidsgordelalarm Uit te Schakelen
37
Recyclen
39
Certificering
40
Rijgewoonten
39
Rijomstandigheden
39
Voorzorgsmaatregelen Voor Milieubescherming
39
Bandenspanningscontrolesysteem
40
Afstandsbediening/Inklappen
41
Kriklabel
41
Compressor, Krik
42
Certificatielabel
43
Motornummer
43
Vin-Label
43
Voertuigidentificatie
43
Voertuigidentificatienummer (VIN)
43
Achter
44
Afmetingen
44
Voor
44
Zijkant
44
Specificaties (I)
45
Omschrijvingen
45
Specificaties (II)
46
Specificaties (III)
47
Voorzorgsmaatregelen Bij Het Structureel Wijzigen Van of Veranderingen Aanbrengen Aan Het Voertuig
48
Controle Voor Vertrek
50
Dagelijkse Inspectie
50
Het Motorcompartiment Controleren
50
Motorkoelvloeistof Controleren
50
Motorolie Controleren
50
Banden Controleren
51
Remvloeistof (Koppelingsvloeistof) Controleren
51
Ruitensproeiervloeistof Controleren
51
Riemen Controleren
51
De Parkeerrem Controleren
52
Het Instrumentenbord Controleren
52
Aanbevolen Rijpositie
53
De Pedalen Controleren
53
Schoonmaken in de Buurt Van de Bestuurdersstoel
53
De Veiligheidsgordel Correct Dragen
54
Veiligheid en Voorzorg Voor Het Rijden
55
Bestuur Niet Onder de Invloed Van Drank, Drugs/Medicatie of als U Slaperig of Afgeleid Bent
55
Voorzorgsmaatregelen Voor de Airbag
55
Voorzorgsmaatregelen Voor Baby's, Kinderen, Ouderen of Zwangere Vrouwen
55
Slaap Niet in Een Afgesloten Voertuig
56
Controleer Op Passerende Voertuigen en Voetgangers Wanneer U Uit Het Voertuig Stapt
57
Let Op Dat er Geen Lichaamsdeel Bekneld Raakt Wanneer U de Elektrische Ramen Gebruikt
57
Steek Geen Enkel Lichaamsdeel Door Het Raam of Zonnedak
57
De Motor Correct Opwarmen
58
Leg de Motor Niet Stil Tijdens Het Rijden
58
Rijden Op Ongeplaveide Wegen en Bergwegen
58
In Het Hooggebergte
59
Veilig Parkeren en Stoppen
58
Op Een Helling Bergop of Bergaf Rijden
59
Rijden Op Bevroren of Besneeuwde
59
Rijden Op Een weg Met Plassen Water of in Een Rivier
59
Rijden Op Zanderige of Modderige Wegen
59
Voorzorgsmaatregelen Bij Het Oversteken
59
Wegen
59
Bedien Het Stuurwiel Niet Abrupt
60
Controleer Het Voertuig Na Het Oversteken
60
Controleer Het Voertuig Niet in Een
60
Een Kruispunt of Spoorwegovergang Oversteken
60
Gebruik Geen Mobiele Telefoon en Bekijk Geen DMB (Inclusief DVD) Tijdens Het Rijden
60
Gebruik Van de Motorrem
60
Rijden Op de Snelweg
60
Vervoer Geen Gevaarlijke Materialen
61
Voorzorgsmaatregelen Voor Ventilatie Van Het Voertuig
61
Systeembeschermingsfunctie (Vertraagde Reactie Van Het Gaspedaal)
61
Plaatsen Van Een Brandblusser
61
Voorzorgsmaatregelen Bij Het Bevestigen Van Accessoires
61
Waarschuwingen en Voorzorgsmaatregelen Bij Het Controleren Van de Koelvloeistof
61
De Remmen Van Een Nieuw Voertuig Correct Inremmen
62
Erkende Ssangyongservicecentrums en -Onderhoudspartners
62
Gebruik Van Originele Ssangyong-Onderdelen
62
Het Voertuig Onderhouden
62
Modus Lang Parkeren
62
Voorzorgsmaatregelen Voor Het Leeglopen
62
Het Voertuig Wassen
63
De Bumper Wassen
64
De Ruiten Reinigen en Onderhouden
64
De Velgen Reinigen
64
Voorzorgsmaatregelen Bij Het Polijsten Van Het Voertuig
64
Voorzorgsmaatregelen Bij Het Tinten Van de Ruiten
64
Afzetting Van Vreemde Materialen
65
Corrosiebescherming
65
Schade Aan Plaatstaal
65
Verzorging en Reiniging Van Het Interieur
65
Gordelverzorging
65
Voorzorgsmaatregelen Bij Het Gebruik Van de Sleutel
65
Afwerkingsschade
66
Bodemonderhoud
66
Systeemveiligheidsmodus
66
Benzinemotor
67
Brandstofaanbeveling
67
Gebruik Geen Methanol
67
Tanken Aan Vaten of Opslagcontainers
67
Ander Onderhoud
68
Motorcontrolelampje
68
Veiligheidsonderdelen
69
Veiligheidsgordel
70
Waarschuwing Veiligheidsgordel
70
Achterbank (Links/Midden/Rechts) Gordelherinnering
71
Gordelherinnering Voorste Stoelen (Bestuurder/Passagier)
71
Gordelherinnering Voorste Stoelen (Passagier)
71
De Veiligheidsgordel Omdoen
72
Opmerking
72
De Hoogte Van de Veiligheidsgordel Verstellen
73
De Veiligheidsgordel Gebruiken
73
De Veiligheidsgordel Losmaken
73
Opbergen Van de
73
Opbergen Van de Veiligheidsgordel Achter
73
De (2-Punts)Gordel Midden Achterin Bevestigen
74
Opbergen Van de Veiligheidsgordel Midden Achter
74
Veiligheidsgordel Midden Achter Losmaken
74
De (3-Punts-)Gordel Midden Achterin Bevestigen
75
De Veiligheidsgordel Omdoen Voor Een Zwangere Vrouw
76
Gordelwaarschuwingen
77
Krachtbegrenzer
76
Voorspanner
76
Baby's, Kleine Kinderen, Zwangere Vrouwen of Zieken
77
De Veiligheidsgordel Gebruiken en Controleren en Het Belang Van Veilig Rijden
77
Maak Geen Wijzigingen Aan de Veiligheidsgordel
77
Positie en Methode Voor de Veiligheidsgordel Omdoen
77
Een Baby of Klein Kind Plaatsen
79
Een Kinderzitje Beheren
79
Een Kinderzitje Plaatsen
79
Kinderzitje Voor Een Baby of Klein Kind
79
Kinderzitje
80
Tabel Van Handboekinformatie over
80
Tabel Van Handboekinformatie over Geschiktheid Installatie Kinderzitjes Voor Diverse Stoelposities
80
Veiligheid Van Baby's en Kinderen
80
Voor Diverse Stoelposities
80
(Child Restraint Systems (CRS))
82
I-Size Kinderzitjes (CRS)
82
Lijst Van Geschikte
82
Lijst Van Geschikte ISOFIX-Kinderzitjes (CRS)
82
Lijst Van Geschikte Universele Kinderzitjes
82
Overzicht Van Letters in te Voegen in Bovenstaande Tabel
82
Installatie Van Kinderbeveiligingssysteem Met de Veiligheidsgordel
83
Naar Achteren Gericht Kinderzitje
83
Naar Voren Gericht Kinderzitje
83
Het Isofix/I-Size-Basisanker Gebruiken
85
Locatie Van de Isofix/I-Size-Basisankers en Het Topanker
85
Het Topanker Gebruiken
86
Waarschuwing over Kinderzitjes
87
Airbag
88
Airbagwaarschuwingslabel
88
Waarschuwingslampje Voor de Airbag
88
AAN/UIT-Schakelaar Van Passagiersairbag
89
Airbagbotsingssensor en Airbagbesturingsmodule
89
Configuratie Van de Airbag
89
Bestuurdersairbag
90
Knie-Airbag Bestuurderskant
90
Voorste Passagiersairbag
90
Gordijnairbag
91
Tussenairbag
91
Zij-Airbag Voorin
91
Gevallen Waarin de Airbag Niet Wordt Opgeblazen
92
In Het Geval Van Een Botsing Achterop Het Voertuig
92
In Het Geval Van Een Diagonale Botsing
92
In Het Geval Van Een Lichte Botsing
92
In Het Geval Van Een Zijdelingse Botsing
92
In Het Geval Dat Het Voertuig Omslaat
93
In Het Geval Dat Het Voertuig Onder Een ander Voertuig Schuift
93
In Het Geval Van Een Botsing Met Een Smal Object
93
Secundaire Letsels Door Opblazen
93
Andere Gevallen
94
Een Baby of Klein Kind Plaatsen
94
Gevallen Waarin de Bestuurders
94
Gevallen Waarin de Zij-Airbags of Gordijnairbags Niet Ontplooien
94
Omgaan Met de Airbag
94
Rijden en de Rijpositie
94
Waarschuwingen Voor de Airbag
94
Of de Omringende Structuur
95
Werking Van de Airbag
95
Bandenspanningscontrolesysteem (TPMS)
96
De Bandenspanning Controleren
96
Als de Bandenspanning of Het TPMS Abnormaal Is
97
Weergave Van de Bandenspanning (TPMS)-Status Op Het Instrumentenbord
98
Voorzorgsmaatregelen Voor Het TPMS
100
Wanneer Het Systeem Een Lage Bandenspanning Detecteert
100
Wanneer U de Banden Geroteerd Heeft
100
Als de Motor Niet Start
102
Antidiefstal- en Waarschuwingssysteem
102
Startonderbrekingssysteem
102
Waarschuwingslampje Startonderbreker/Smart Key
102
Activeren Van de Bewakingsmodus
103
Activeren/Deactiveren Van Het Diefstalalarm
103
Antidiefstalsysteem
103
Bij Schade Aan de Transponder
103
Wanneer U de Sleutel Verliest
103
Annuleren Van de Bewakingsmodus
104
Het Diefstalalarm Op Stand-By Zetten
104
Handige Uitrustingen
105
De Deur Vergrendelen/Ontgrendelen/ Openen
106
Hoe Controleren of de Deur Vergrendeld
106
Ontgrendeld Is
106
Deur Ver-/Ontgrendelingsknop
106
Portier
106
Automatische Portierontgrendelingsfunctie Bij Een Ongeval
107
Automatische Portiervergrendelingsfunctie Tijdens Het Rijden
107
Deuren Vergrendelen in Noodgevallen
107
Deuren Vergrendelen Met Mechanische Sleutel (Behalve Portier Aan Bestuurderszijde)
107
Kinderslot
108
De Deuren Ver-/Ontgrendelen
108
Het Kinderslot Toepassen
108
Het Kinderslot Opheffen
108
Zitplaatsen en Verstelschakelaar/-Knop/-Hendel
109
De Hoek Van de Hoofdsteun Verstellen
110
De Hoofdsteun Verstellen
110
De Hoogte Verstellen
110
Stoel Voor
110
Verwijderen/Installeren
110
De Elektrisch Bediende Stoel Verstellen
111
De Hoek Van Het Kussen Verstellen (Bestuurdersstoel/Voorste Passagiersstoel)
111
Positie in Hoogte Verstellen (Bestuurdersstoel/Voorste Passagiersstoel)
111
Positie Naar Voren en Achteren Verstellen (Bestuurdersstoel/Voorste Passagiersstoel)
111
(Bestuurdersstoel)
112
De Hoek Van de Rugleuning Verstellen (Bestuurdersstoel/Voorste Passagiersstoel)
112
De Hoek Van de Rugleuning Verstellen (Bestuurdersstoel/Voorste Passagiersstoel)
113
De Hoogte Verstellen (Bestuurdersstoel)
113
De Stoel Handmatig Verstellen
113
Positie Naar Voren en Achteren Verstellen (Bestuurdersstoel/ Voorste Passagiersstoel)
113
Achterbank
114
De Hoogte Van de Hoofdsteun Verstellen
114
De Rugleuning Verstellen
114
De Achterbankrugleuning Neerklappen
115
Stoelventilatie en -Verwarming
116
Stoelventilatie en -Verwarming Voor
116
Stoelventilatie Voor
116
Bediening Slimme Stoelverwarming Voor
117
Stoelverwarming Voor
117
Stoelverwarming Achterbank
118
Opmerking
118
Achterbank
120
De Ramen Bestuurdersstoel/Voorste Passagiersstoel Bedienen
120
De Ramen Bestuurdersstoel/Voorste Passagiersstoel Sluiten
120
Raam (Elektrisch Raam)
120
Knop Om Achterste Ramen te Vergrendelen
121
Veiligheidsfunctie Van Het Raam Aan de Bestuurderskant
121
De Ramen Achteraan Openen/Sluiten
121
Automatisch Openen
123
Het Zonnedak Openen
123
Zonnedak
123
Automatisch Sluiten
124
Handmatig Openen
124
Handmatig Sluiten
124
Het Zonnedak Omhoog/Omlaag Kantelen
124
Het Zonnedak Sluiten
124
Omhoog Kantelen (Het Achterste Deel Openen)
124
Omlaag Kantelen (Het Achterste Deel Sluiten)
124
Gevallen Waarin Het Nodig Is Om Het Zonnedak te Resetten
125
Het Zonnedak Resetten
125
Resetten
125
Waarschuwing Zonnedak Open
125
Veiligheidsfunctie Van Het Zonnedak
125
Achterklep
126
Handmatig Bediende Achterklep
126
Openen
126
Sluiten
126
Achterklep Openen/Sluiten Met Interieurschakelaar
127
Elektrische Achterklep
127
Openen/Sluiten Met de Smart Key
127
Antiklembeveiligingsfunctie
128
Openen/Sluiten Met de Knop Op de Achterklep
128
De Elektrische Achterklep Resetten
129
De Openingshoogte Resetten
129
De Smart Achterklep Activeren/Deactiveren
129
Smart Achterklep
129
Bedieningsstappen
130
De Smart Achterklep Openen
130
De Smart Achterklepfunctie Stoppen
130
Werkingsomstandigheden
130
De Achterklep Openen in Geval Van Nood
131
Controleren Voordat U de Motorkap Sluit
133
De Motorkap Openen
133
De Motorkap Sluiten
133
Motorkap
133
Tankdop
134
Open de Tankdop Afdekking
134
De Tankdop Afdekking Sluiten
135
Lichten en Lampen
136
Alle Lichten Uitschakelen
137
De Automatische Verlichting Inschakelen
137
De Koplampen Inschakelen
137
De Mistkoplamp Inschakelen
137
De Mistlamp Achteraan Inschakelen
137
De Richtingaanwijzers Links/Rechts In-/ Uitschakelen
137
De Grootlichten In-/Uitschakelen
138
Het Mistlicht Uitschakelen
137
Verlichtingsschakelaar
137
De Grootlichten en Dimlichten Tegelijk Inschakelen (Passeerlicht)
138
Waarschuwingsknipperlichten
138
De Hoek Van de Koplampen Verstellen
139
De Niveaus Voor de Hoek Van de Koplampen
139
De Standaard Voor Niveaus Voor de Hoek Van de Koplampen
139
Automatisch Grootlicht (SHB)
140
Dagrijverlichting (DRL)
140
Gevallen Waarin de Dagrijverlichting Aangaat
140
Gevallen Waarin de Dagrijverlichting Uitgaat
140
Automatisch Grootlicht Instellen
141
AUTO Approach
142
Coming Home'/'Leaving Home'-Verlichting
142
Van Huis/Naar Huis Licht Instellen
143
Het Naar Huis Licht Bedienen
143
Automatische Verlichting
143
De Lichtschakelaar Bedienen
142
Gevallen Waarin de Automatische Approach-Verlichting Uitgaat
142
Automatische Lichtsensor
144
Interieur Lampen
145
Interieurverlichting Midden
146
Bagageruimteverlichting
147
Interieurverlichting Voorin
146
Leesspot Voor
146
Schakelaar Voor Bestuurdersstoel
146
Verbindingsfunctie Tussen de Smart Key/ Sleutel Met Afstandsbediening en de Interieurverlichting Voorin
146
Verbindingsschakelaar Deur
146
Verlichting in Handschoenenkastje
147
Sfeerverlichting Instelling
148
Zonneklep/Spiegelverlichting
147
Automatische Sproeier Voor
149
De Snelheid Van de Ruitenwissers Aanpassen
149
Koppeling Ruitenwisser Voor en Sproeiervloeistof
149
Ruitenwissers
149
Ruitenwissers en Sproeiervloeistof
149
Koppeling Ruitenwisser Achter en Sproeiervloeistof
150
Regensensor
150
Ruitenwisser Achter
150
Ruitenwisser Met Regensensor
150
Buitenspiegels
151
De Buitenspiegel Selecteren
151
De Buitenspiegels In-/Uitklappen
151
De Buitenspiegels Verstellen
151
De Hoek Van de Buitenspiegels Verstellen
151
Functie Automatisch In-/Uitklappen
151
Spiegel
151
Binnenspiegel
152
ECM Binnenspiegel
152
Manuele Dag-Nachtregeling
153
De Blaasrichting Van de Lucht Verstellen en Blokkeren
154
Verwarming en Airconditioning
154
De Verwarming en Airconditioning
155
Vervangen Van de Aircokoelvloeistof/-Olie
155
Regeling Luchtverdeling en Ventilatorsnelheid Achter
155
Bediening Verwarming en A/C
157
Onafhankelijke Temperatuurregeling (SYNC Uit)
158
Temperatuurregeling Bestuurders-/ Passagierszijde
158
Temperatuursynchronisatieregeling (SYNC Aan)
158
Verwarming en A/C Aan/Uit Zetten
158
AUTO-Modus
159
Handmatige Modus
159
Luchtverdeling
160
De Ruiten Ontvochtigen
161
Ruitverwarming Activeren
161
Automatisch Ontwasemingssysteem (ADS)
162
Eco-Modus
162
Werkingsniveaus Van Het Auto Ontwasemingssysteem
162
Ruitverwarming Activeren
163
Schakelen Tussen Schermen Geïntegreerd Bedieningspaneel Zonder Knoppen
163
Bedieningsscherm Voor Stoelverwarming Voor/Ventilatie
164
Indeling Scherm Geïntegreerd Bedieningspaneel Zonder Knoppen
164
Items die Altijd Moeten Worden Getoond
164
Scherm Bediening Verwarming en A/C (FATC)
164
Schakelaar Voertuiginstellingen
165
Knoploos Geïntegreerd Bedieningspaneel: Favorieten
165
Het Menu Favorieten Instellen
165
Scherm Geïntegreerd Bedieningspaneel Zonder Knoppen Uit
165
Geïntegreerd Bedieningspaneel Zonder Knoppen Resetten
166
Hoe Resetten
166
Claxon
167
De Hoogte/Lengte Van Het Stuurwiel Verstellen
167
Stuurwiel
167
Stuurwielverwarming
167
Infotainmentsysteem
168
Smart Audio
168
Bedienen Met de Knoppen Op Het Stuurwiel
169
Bluetooth Handsfree
169
Dempen
169
Het Volume Regelen
169
Ingangen Voor Multimedia
169
Antenne (GPS, Radio)
170
Media Zoeken (SEEK)
170
MODE de Modus Selecteren
170
Stemherkenningsfunctie
170
USB-Oplaadpoort
171
Stroomaansluiting
172
Handige Uitrustingen in Het Interieur
173
Kaarthouder
173
Spiegel en Lamp
173
Zonneklep
173
Zonneklep en Kaarthouder (Bestuurdersstoel)
173
Handgreep/Klerenhanger
174
Rolgordijn Achterbank
174
Opbergvak Voor
175
Opbergvak Voorin (W/O WPC)
175
Console
176
Kaartvak in Het Portier
177
Handschoenenkastje
176
Opbergvak Achter
176
Opbergvak Rugleuning
177
Telefoon Opladen
178
De Bagageafdekking Opbergen
180
Overige Uitrusting in de Bagageruimte
180
Bagage-Afdekking
180
De Bagage Afdekking Bevestigen
180
Bagageruimte
181
Dakimperiaal
182
Starten en Rijden
183
ACC-Stand
184
START/STOP-Schakelaar (Smart Key)
184
De Motor Opnieuw Starten Wanneer de Motor Niet Start
185
De Motor Starten
185
Start de Motor
185
READY-Stand
185
De Motor Stilleggen
186
De Motor Stilleggen Tijdens Het Rijden
186
Systeemveiligheidsmodus
186
Opmerkingen over Het Gebruik Van de START/STOP-Schakelaar
187
ACC-Stand
188
Cilinderslot (Contactsleutel)
188
UIT-Stand (LOCK)
188
De Motor Opnieuw Starten Wanneer
189
De Motor Starten
189
START-Stand
189
De Motor Stilleggen
190
Systeemveiligheidsmodus
190
Functie Van Iedere Knop
191
De Deuren Vergrendelen
191
De Deuren Ontgrendelen (Wanneer Veilig Ontgrendelen Is Ingeschakeld)
192
Smart Key* en Sleutel Met Afstandsbediening
191
Aanvullende Functies
193
Automatische Portiervergrendeling
193
De Achterklep Openen/Sluiten (A-Type)
193
De Paniekmodus Activeren/Deactiveren (B-Type)
193
Activeren (Activeren Met de Smart Key)
194
Instrumentenbord)
194
Vergrendelen/Ontgrendelen Met de Schakelaar Op de Portierhandgreep
194
Vergrendelen Met de Portierhandgreepschakelaar
194
Ontgrendelen Is Ingeschakeld)
195
Ontgrendelen Is Uitgeschakeld)
195
Ontgrendelen Met de Schakelaar
195
Voorzorgsmaatregelen Voor Gebruik Van de Smart Key/Sleutel Met Afstandsbediening
196
Voorzorgsmaatregelen Voor Het Gebruik Van de Portiergreepvergrendel-/ Ontgrendelknop
196
De Noodreservesleutel Gebruiken
197
De Noodreservesleutel Uit-/Inklappen
197
De Deuren Ver-/Ontgrendelen Met de Noodreservesleutel
197
De Batterij Van de Smart Key/Sleutel Met Afstandsbediening Vervangen
198
De Motor Starten Met Een Smart Key
198
Instrumentenbord
200
Motorkoelvloeistoftemperatuur
201
Motortoerental
201
Rijsnelheid
201
Scherm Met Rij-Informatie
201
Waarschuwingslampje Overdreven Snelheid (Enkel GCC)
201
Brandstofpeilmeter
202
Positie Van de Versnellingspook
202
Totale Kilometerstand
202
Weergave Versnellingspositie in de Stand D (Automatisch)
202
Schakelindicator in Handmatige Modus
203
Waarschuwings- en Controlelampjes
203
Waarschuwingslampje Veiligheidsgordel
203
Waarschuwingslampje Voor de Airbag
203
Waarschuwingslampje Accu
204
Waarschuwingslampje Startonderbreker/Smart Key
204
Waarschuwingslampje Voor de Motoroliedruk
204
Controlelampje Parkeerrem AAN (Rood)
205
Waarschuwingslampje ABS (Antiblokkeerremsysteem)
205
Opmerking
206
Waarschuwingslampje Remmen
206
Waarschuwingslampje Elektrische Stuurbekrachtiging
205
Waarschuwingslampje Voor Oververhitting Van de Motor
205
Waarschuwingslampje Elektronische Parkeerrem (EPB)
206
Auto Hold
207
Controlelampje Stuurwielverwarming
207
Motorcontrolelampje
207
Algemeen Waarschuwingslampje
208
Controlelampje Elektronisch Stabiliteits- Controlesysteem (ESC) off (UIT)
208
Controlelampje/Waarschuwingslampje Elektronisch Stabiliteitscontrolesysteem (ESC) AAN
208
Waarschuwingslampje Brandstofpeil Laag
208
(Autonome Noodstop)
209
Controlelampje AEB (Autonome Noodstop) off (UIT)
209
Controlelampje/Waarschuwingslampje Afdalingsregelaar (HDC) AAN
209
Waarschuwingslampje AEB (Autonoom Noodremsysteem)
209
Controlelampje/ Waarschuwingslampje LKA (LDW)
210
Controlelampje/Waarschuwingslampje Centrerende Rijstrookassistent (CLKA)
210
Verlichting AAN-Controlelampje
210
Controlelampje Mistlamp Achteraan AAN
211
Grootlichtcontrolelampje
211
Richtingaanwijzer/ Waarschuwingsknipperlicht
211
SHB-Controlelampje
211
4WD CHECK-Waarschuwingslampje
212
Controlelampje ISG off
212
Waarschuwingslampje Handen Los
212
Controlelampje 4WD LOCK AAN
213
Hoofdsymbool
213
Informatie Op Het Instrumentenbord
214
Snelheid (Enkel GCC)
213
Waarschuwingslampje Overdreven
213
Waarschuwingslampje Portier Open
213
Hoofdmenu
214
Starten en Rijden
214
Boordcomputerinformatie
215
Hoofdmenulijst
215
Resterend Rijbereik/Gemiddeld Brandstofverbruik/Huidig Brandstofverbruik
215
Afstand/Gemiddelde Snelheid/Rijtijd
216
Rij-Informatie Na Vertrek
216
ISG Opgetelde Tijd
217
TPMS-Status
217
Gebruikersinstellingen
219
Bericht Op Het Display Van Het Instrumentenbord
224
Omstandigheden Voor Activering
227
Helderheid Verlichting Instrumentenbord
267
Helderheid Verlichting Instrumentenbord Aanpassen
267
Terugschakelen
268
Stand Van de Versnellingspook Tijdens Het Parkeren
268
Starten en Rijden
268
Gebruik de Koppeling
269
Rijtips Voor Normaal Vertrekken Op Een Helling
269
Bediening Van de Elektrische Parkeerrem Bij Het Oprijden Van Een Helling
270
Schakelhendels
271
Schakelblokkering
272
Bedieningsprocedures Voor Schakelblokkering
272
D (Rijstand) Positie
274
Schakelen
275
Weergave Van de Positie Van de Versnellingspook Op Het Instrumentenbord
275
Opmerking
276
Rijden in Een Voertuig Uitgevoerd Met Automatische Transmissie
277
De Motorrem Gebruiken
278
De Kickdown-Functie Gebruiken
278
Veiligheidsmodus Van de Automatische Transmissie
278
De Veiligheidsmodus Resetten
279
Opmerkingen over Het Rijden in Een Voertuig Uitgevoerd Met Automatische Transmissie
279
Rijmodus en Indicatoren
280
4WD LOCK-Controlelampje (Groen)
280
4WD CHECK-Waarschuwingslampje (Rood)
280
Voorzorgsmaatregelen Bij Het Gebruik Van Het 4WD Systeem
281
Automatisch Uitschakelen Van de Motor
282
ISG-Systeem Uit
283
Voorwaarden Voor de Activering Van Het ISG-Systeem
283
Voorwaarden Voor Het Inschakelen Van de Accusensor (BSC)
284
Voorwaarden Voor Het Gebruik Van Cruisecontrol
285
Cruisecontrol-Schakelaar en Controlelampje
285
De Cruisecontrol Snelheid Instellen
286
Snelheid Afnemen Met de Cruisecontrol
288
De Cruisecontrol Uitschakelen
288
Omstandigheden Voor Deactivering
288
Andere Omstandigheden Voor Deactiveren Afhankelijk Van de Voertuig Omstandigheden
288
De Cruisecontrol Hervatten
289
De Intelligente Cruisecontrol Inschakelen Op Het Instrumentenbord
291
Snelheid Opvoeren
291
Snelheid Verminderen
292
Tijdelijk Accelereren (Override)
292
Deactiveren
292
Voorwaarden Voor Uitschakelen
292
Andere Voorwaarden Voor Uitschakelen
292
Hervatten
293
De Veilige Afstand Tot Voorliggend Voertuig Instellen
296
Detectiesensor Voor (Radar Voor + Camera Voor)
297
Optrekken Bij Druk Verkeer
297
Voertuig Detectie Kan Moeilijk Zijn Onder de Volgende Omstandigheden
298
Niet Gedetecteerde Voetganger Voor
298
Op Een Steile Opwaartse of Neerwaartse Helling
299
Van Rijstrook Wisselen
299
Voorliggend Voertuig Detecteren
300
De Snelheidslimiet in Het Instrumentenbord Instellen
301
De Snelheidslimiet AAN/UIT Zetten
302
Snelheidslimietwaarschuwing Uitschakelen
302
Waarschuwingslampje en Controlelampje Met Betrekking Tot Remmen
304
Starten en Rijden
304
Controleren Op Vreemde Objecten Bij de Voetpedalen
305
De Remschijven/-Blokken Controleren en Vervangen
305
Waarschuwingslampje ABS
306
Elektronische Remkrachtverdeling (EBD)
306
Noodstopsignaal (ESS)
307
Omstandigheden Voor Activering en Deactivering
307
Elektronisch Stabiliteitscontrolesysteem (ESC)
307
Controlelampje/ Waarschuwingslampje ESC
307
Controlelampje ESC off (UIT)
308
Verschijnsel Dat Zich Voordoet Wanneer Het ESC Is Geactiveerd
308
Wanneer Is Het Nodig Om de ESC-Functie te Deactiveren
308
De HDC Functie Activeren/ Deactiveren
309
Controle-/Waarschuwingslampje HDC
310
Voorwaarden Voor Activeren HDC
310
Voorwaarden Voor Deactiveren HDC
310
Opmerking
310
HDC Bediening
310
Elektronische Parkeerrem (EPB)
311
De EPB Loslaten
311
De EPB Aanbrengen
311
De EPB Automatisch Vrijgeven
311
Waarschuwingslampje Epb/Remmen
312
EPB-Waarschuwingslampje
312
EPB-Noodmodus
312
De AUTO HOLD-Functie Instellen/ Deactiveren
313
De AUTO HOLD Functie Gebruiken
313
Controlelampje/ Waarschuwingslampje AEB
315
Controlelampje AEB (Autonoom Noodremsysteem) off (UIT)
315
AEBS Werking
317
Omstandigheden Voor Activering
317
Scherm Van Het Activeren Van Waarschuwingssysteem Achter- en Zijkant
321
Waarschuwingsstappen in BSW-Systeem
321
Waarschuwingssysteem Dodehoekdetectie (BSW)
323
LCW-Systeem (Waarschuwing Rijstrookwissel)
323
Het BSW-Systeem Activeren/ Deactiveren
323
Het BSA-Systeem Activeren/ Deactiveren
324
BSA Wordt Gedeactiveerd Wanneer
324
Het RCTW-Systeem Activeren of Deactiveren
325
RCTA-Systeem (Waarschuwing Kruisend Verkeer Achter)
325
Het RCTA-Systeem Activeren of Deactiveren
326
Gevallen Waarin Het RCTA-Systeem (Waarschuwing Kruisend Verkeer Achter) Niet Werkt
326
Gevallen Waarin Het RCTA-Systeem Uitvalt
326
SEW-Systeem
327
Het SEW-Systeem Activeren of Deactiveren
328
Werkingsomstandigheden
328
LDW (Waarschuwing Voor Onbedoeld Verlaten Van de Rijbaan)
329
Het LDW-Systeem (Waarschuwing Voor Onbedoeld Verlaten Van de Rijbaan) Activeren/Deactiveren
329
LDW AAN-Controlelampje
330
Omstandigheden Voor Activering
330
Gevallen Waarin de Aandacht Van de Bestuurder Is Vereist
331
LKA (Rijstrookassistent)
333
Rijstrookassistent (LKA) Activeren/ Deactiveren
333
Controlelampje LKA AAN
334
Werkingsomstandigheden
334
Wanneer Het Systeem Niet Is Ingeschakeld
335
Gevallen Waarin de Aandacht Van de Bestuurder Is Vereist
335
Centrerende Rijstrookassistent (CLKA)
337
CLKA Activeren/Deactiveren
337
Controlelampje Centrerende Rijstrookassistent (CLKA) AAN
338
Opmerking
338
Voorwaarden Voor Activering
338
Het CLKA Werkt Niet Wanneer
339
Aandacht Bestuurder Vereist
339
Bediening
341
FVSW (Waarschuwing Starten Voorliggend Voertuig)
341
Obstakeldetectiesysteem Vooraan/Achteraan
342
Parkeerhulpsysteem
342
Indicatie Op Het Scherm Van Het Instrumentenbord
343
Interval Van Waarschuwingstoon
344
Sensor- en Systeemdefecten
344
Als Het Systeem Niet Werkt of Verkeerd Werkt
345
Voorzorgmaatregelen Met Betrekking Tot Het Obstakeldetectiesysteem Vooraan/Achteraan
345
Dubbel Parkeren (in 2 Rijen Parkeren)
347
Voertuigen Met EPB
347
Noodmaatregelen in Geval Van Nood
349
Gevarendriehoek
350
Gevarendriehoek en Pechset
350
Opbergplek Van de Gevarendriehoek
350
Pechset
350
Locatie Van de Pechset
351
De Motor Starten Met Behulp Van Een Startkabel
352
Wanneer U de Motor Niet Kunt Starten Vanwege Een Lege Accu
352
Noodmaatregelen Bij Oververhitting Van de Motor
354
Symptomen Bij Oververhitting Van de Motor
354
Wanneer de Motor Oververhit Is of er andere Problemen Optreden
354
Als Het Motorcontrolelampje Aangaat
355
Bij Een Lekke Band
356
Een Lekke Band Repareren/ Een Band Oppompen Met de Bandenreparatiekit
356
Onderdelen Van de
356
Locatie Waar de Service Kit Opgeborgen Ligt
357
Bepalen of de Lekke Band Kan Worden
357
Werkingsprincipe Van de Bandenreparatieset
357
Een Lekke Band Repareren
358
De Bandenspanning Controleren Na Het Repareren Van Een Lekke Band
361
Een Band Oppompen
361
Een Band (Reservewiel) Verwisselen (Tijdelijk)
363
Het Reservewiel Verwijderen (Tijdelijk)
363
Bij Het Verwisselen Van Een Achterband 4
364
Voorzorgsmaatregelen Bij Het Vervangen Van Een Band
366
Bij Het Verwisselen Van Een Voorband
364
Een Defect Voertuig Slepen
367
Slepen Met Takelwagen
367
Voor 4WD-Modellen
367
Voor 2WD-Modellen
367
Wanneer Uw Voertuig Weggesleept Moet Worden
367
Als er Geen Takelwagen Beschikbaar Is (in Geval Van Nood)
368
Het Sleepoog Bevestigen
368
Een Sleeptouw Gebruiken
369
Slepen Van Aanhangwagens
370
Aanhangwagenbelasting
370
Maximale Belasting
370
Banden
371
Trekstangbelasting
371
Trailerlichten
371
Remvloeistof
372
Rijden Op Een Helling
372
Sleeptips
372
Transmissievloeistof Automaat
372
Veiligheidskettingen
372
Onderhoud Bij Het Slepen Van Een Trailer
373
Parkeren Op Een Heuvel
373
Weer Vertrekken Na Het Parkeren Op Een Helling
373
Als Het Voertuig Stilstaat Vanwege Een Defect
374
Tips Voor Wanneer Een Ongeval of Defect Optreedt Op de Autosnelweg
375
Wat te Doen Bij Een Ongeval
375
De Brandblusser Controleren en Onderhouden
376
De Brandblusser Gebruiken
376
Een Brandblusser in Het Voertuig Plaatsen
376
Wat te Doen Bij Brand
376
Periodieke Controle en Onderhoud
379
Motorcontrolesysteem
380
Onderhoudsvoorschriften - Benzinemotor
380
Chassis en Carrosserie
381
Motorcontrolesysteem
383
Onderhoudsvoorschriften (Extreme Omstandigheden) Benzinemotor
383
Chassis en Carrosserie
384
Chassis en Carrosserie
385
Het Motorcompartiment Controleren
386
Bijvullen
387
Functie Van Motorolie
387
Motorolie
387
Niveau Controleren
387
Verbruik Van Motorolie
387
Motorverzorging
388
Interval Voor Verversen
388
Specificaties en Volumes
388
Waarschuwingen en Opgelet Bij Het Controleren
388
Motor
389
SAE-Viscositeitsklassen
389
Bijvullen
390
Motorkoelvloeistof
390
Luchtfilter
391
Reinigen
391
Niveau Controleren en Bijvullen
392
Rem- en Koppelingsvloeistof (M/T)
392
Specificaties en Vervanging
392
Sproeiervloeistof
393
Sproeiervloeistof Bijvullen
393
Accuonderhoud
394
Specificaties
394
Ontstekingsbougies (Benzinemotor)
396
De Ruitenwissers Controleren en Vervangen
397
De Rubbers Van de Ruitenwissers Vervangen
397
De Rubbers Van de Ruitenwisser Achter Vervangen
397
Specificaties Van de Ruitenwisserrubbers
397
De Zekeringen en Relais Controleren en Vervangen
398
Zekering- en Relaiskast Motorcompartiment
398
De Zekeringen Controleren en Vervangen
399
De Lampjes Controleren en Vervangen
400
Specificaties Van de Lampjes en Controleren
400
Specificaties en Aantallen Van Lampjes en Peren
400
De Lampen Controleren
401
Koplampdroogmiddel
401
Positie Van Buitenverlichting en -Lampen
402
De Buitenverlichting Vervangen
403
Kentekenplaatverlichting Vervangen
403
Achterlichtblok Vervangen
404
Posities Van de Interieurverlichting
405
De Interieurverlichting Vervangen
406
De Zonneklep-/Spiegelverlichting Vervangen
406
Interieurverlichting Midden
406
Verlichting in Handschoenenkastje
407
Het Aircofilter Vervangen
408
De Banden en Velgen Controleren
410
De Bandenspanning Controleren
410
De Voorgeschreven Bandenspanning
410
Wieluitlijning en Balans Tussen Banden en Velgen
410
De Banden Roteren
411
Sneeuwkettingen
411
Voorzorgmaatregelen Voor de Banden en Velgen Controleren
412
Winterband
411
De Motorkoelvloeistof Onderhouden
413
De Ruitensproeiervloeistof Onderhouden
413
De Motorolie Onderhouden
413
Het Voertuig Onderhouden in de Winter
413
Winterbanden Plaatsen
413
De Airconditioning Onderhouden
414
Ander Onderhoud
414
Voorzorgsmaatregelen Voor Parkeren in de Winter
414
Waarschuwingen Voor Zelf Onderhoud Uitvoeren
415
Advertenties
Advertenties
Geralateerde Producten
SSANGYONG C300 2019
SSANGYONG E100 2021
SSANGYONG KORANDO 2019
SSANGYONG KORANDO e-motion 2021
SSANGYONG TORRES 2022
SSANGYONG Categorieën
Automobielen
Meer SSANGYONG Handleidingen
Inloggen
Inloggen
OF
Inloggen met Facebook
Inloggen met Google
Handleiding uploaden
Uploaden vanaf harde schijf
Uploaden vanaf URL