Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Volvo V40 2016 Gebruikershandleiding pagina 96

Inhoudsopgave

Advertenties

INSTRUMENTEN, SCHAKELAARS EN BEDIENING
||
Activeren/deactiveren
AHB is te activeren, wanneer de verlichtings-
draaiknop in de stand
waarde dat het systeem niet gedeactiveerd werd
in het menusysteem MY CAR), zie MY CAR
(p. 115).
Stuurhendel en verlichtingsdraaiknop in stand AUTO.
De functie kan starten bij ritten in het donker,
wanneer u op een snelheid van zo'n 20 km/h
(12 mph) of hoger rijdt.
Schakel het AHB in of uit door de linker stuur-
hendel tot in de eindstand naar het stuurwiel te
halen en vervolgens los te laten. Na het deactive-
ren van het groot licht wordt direct overgescha-
keld naar dimlicht.
Auto met analoog instrumentenpaneel
Wanneer AHB geactiveerd is, brandt het symbool
op het bestuurdersdisplay.
94
Wanneer het groot licht ontstoken is, brandt ook
het symbool
staat (op voor-
Auto met digitaal instrumentenpaneel
Wanneer AHB geactiveerd is, brandt het symbool
op het bestuurdersdisplay wit.
Als het groot licht ontstoken is, brandt het sym-
bool blauw.
Handmatige bediening
N.B.
Houd de voorruit in het gebied vóór de came-
rasensor vrij van ijs, sneeuw, condens en vuil.
Plak of monteer niets op de voorruit vóór de
camerasensor, aangezien één of meer came-
ra's voor het systeem hierdoor slechter of niet
meer werken.
Als de melding
beschikbaar Schakel handmatig
bestuurdersdisplay verschijnt, moet u handmatig
overschakelen tussen groot licht en dimlicht. De
verlichtingsdraaiknop kan echter in stand
staan. Hetzelfde geldt, als de melding
Voorruitsensoren afgedekt Zie
instructieboek
nen. Het symbool
melding verschijnt.
op het instrumentenpaneel.
Actief groot licht Tijdelijk niet
op het
en het symbool
verschij-
dooft, wanneer deze
AHB is mogelijk tijdelijk niet beschikbaar, zoals in
dichte mist of bij zware regenval. Wanneer AHB
weer beschikbaar is of als de voorruitsensoren
niet langer geblokkeerd zijn, verdwijnt de melding
en gaat het symbool
branden.
WAARSCHUWING
AHB is een systeem dat u helpt om in ongun-
stige omstandigheden de optimale verlichting
te kiezen.
Als bestuurder bent u echter altijd verplicht
om handmatig te wisselen tussen groot licht
en dimlicht, als dat gezien de verkeerssituatie
en/of weersgesteldheid vereist is.
BELANGRIJK
Voorbeelden van situaties waarin u mogelijk
moet wisselen tussen groot licht en dimlicht:
in zware regen of dichte mist
bij ijsregen
bij stuifsneeuw of sneeuwmodder
bij maanlicht
bij ritten in zwak verlichte bebouwde
gebieden
bij voorliggers met een zwakke voertuig-
verlichting
bij voetgangers op of naast de weg

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave