BELANGRIJK
De waarschuwingsafstand is korter, wanneer
de sensoren worden gebruikt door PAP dan
wanneer Park Assist de sensoren gebruikt.
Gerelateerde informatie
•
Actieve parkeerhulp (PAP)* (p. 269)
•
Park Assist-camera (p. 265)
36
(Anti-lock Braking System) - Antiblokkeerremsysteem.
(Electronic Stability Control) - Stabiliteits- en tractieregeling.
37
Actieve parkeerhulp (PAP)* -
beperkingen
De PAP-regeling wordt beëindigd:
•
als u te snel met de auto rijdt – sneller dan
7 km/h (4 mph)
•
als u het stuurwiel aanraakt
•
36
bij een ingreep van het ABS
voorbeeld als een wiel grip verliest op een
gladde ondergrond.
Een melding informeert waarom de PAP-regeling
werd beëindigd.
N.B.
Als vuil, ijs en sneeuw de sensoren bedekken,
neemt de functie af en kan meten onmogelijk
worden gemaakt.
BELANGRIJK
Onder bepaalde omstandigheden kan PAP
geen parkeerplaatsen vinden - een reden kan
zijn dat de sensoren worden verstoord door
externe geluidsbronnen, die dezelfde ultra-
soonfrequenties afgeven als waar het sys-
teem mee werkt.
37
of ESC
- bij-
Voorbeelden van dergelijke bronnen zijn o.a.
claxons, natte banden op asfalt, pneumati-
sche remmen en uitlaatgeluid van motorfiet-
sen.
Waar u op moet letten
Let erop dat de Actieve parkeerhulp een hulp-
middel is - niet een onfeilbare volautomatische
functie. Daarom moet u voorbereid zijn om het
parkeren te onderbreken. Er zijn ook een paar
details waar u bij het parkeren op moet letten, bij-
voorbeeld:
•
PAP gaat uit van de onderlinge positie van
de geparkeerde voertuigen – als deze onge-
lukkig geparkeerd staan, kunnen de banden
en velgen van uw auto beschadigd raken bij
contact met de stoeprand.
•
PAP is bedoeld voor inparkeren in rechte
straatgedeelten – niet in straatgedeelten met
sterke krommingen of scherpe bochten. Zorg
daarom dat de auto evenwijdig staat het par-
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
BESTUURDERSONDERSTEUNING
}}
273