STARTEN EN RIJDEN
Roetfilter dieselmotor (DPF)
Dieselmodellen zijn uitgerust met een roetfilter,
waardoor een nog effectievere uitlaatgasreini-
ging mogelijk is.
Onder normale rijomstandigheden blijven de roet-
deeltjes uit de uitlaatgassen in het filter achter.
Om de roetdeeltjes te verbranden en het filter te
legen wordt een zogeheten regeneratie gestart.
Daarvoor moet de motor de normale bedrijfstem-
peratuur hebben.
De regeneratie van het filter gaat automatisch en
duurt normaal gesproken 10-20 minuten. Bij een
lage gemiddelde snelheid kan dit iets langer
duren. Gedurende de regeneratie kan het brand-
stofverbruik iets stijgen.
Regeneratie bij koud weer
Als u bij koud weer vaak korte afstanden rijdt,
komt de motor onvoldoende op temperatuur. Dit
betekent dat het roetfilter niet geregenereerd en
niet geleegd wordt.
Wanneer het filter voor ca. 80 % met roetdeeltjes
gevuld is, verschijnt een oranje waarschuwings-
driehoek op het instrumentenpaneel en staat de
Roetfilter vol Zie instructieboekje
melding
het informatiedisplay.
U start de regeneratie van het filter door met de
auto op een secundaire weg of op een snelweg
te rijden totdat de motor voldoende op tempera-
Geldt voor automatische transmissie.
7
310
tuur is gekomen. Daarna rijdt u nog 20 minuten
verder.
N.B.
Tijdens de regeneratie is het volgende moge-
lijk:
•
een tijdelijke en geringe beperking van
het motorvermogen,
•
een tijdelijke verhoging van het brand-
stofverbruik,
•
een brandgeur.
Wanneer het filter geregenereerd is, verdwijnt de
waarschuwingsmelding automatisch.
Wanneer u bij koud weer de standverwarming*
inschakelt, bereikt de motor sneller de normale
bedrijfstemperatuur.
BELANGRIJK
Als het filter helemaal vol deeltjes zit, kan het
moeilijk zijn om de motor te starten en het fil-
ter wordt onbruikbaar. De kans bestaat dan
dat het filter moet worden vervangen.
op
Gerelateerde informatie
•
Brandstof - diesel (p. 307)
•
Zuinig rijden (p. 310)
Zuinig rijden
Rijd zuinig en milieubewust door rustig en met
vooruitziende blik te rijden én door uw rijstijl en
snelheid aan te passen aan de situatie.
•
Maak gebruik van de ECO Guide* (p. 70) die
laat zien hoe zuinig de auto rijdt.
•
Activeer voor een minimaal brandstofverbruik
Rijmodus ECO
7
waarmee het brandstofver-
bruik verder te verlagen is.
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.