12
Verzorging
12.3
12.3.1
150
Meubeloppervlakken, meubelgrepen, lampen en alle kunststofdelen in
het toilet en de woonruimte reinigen met water en een wollen doek. Bij
het water kan een zacht reinigingsmiddel gedaan worden. Indien nodig
gelakte oppervlakken met polijstmiddel voor meubels verzorgen.
Reinig kussenstof met droog kussenschuim of met het schuim van een
zacht wasmiddel. Kussens beschermen tegen zonnestraling, opdat ze
niet verbleken.
Gordijnen en stores naar een chemische reiniging brengen.
Tapijtvloer indien nodig reinigen met tapijtschuim en stofzuigen.
PVC-vloerbedekking met een mild, zeephoudend reinigingsmiddel voor
PVC-vloeren afvegen. Tapijtvloer niet op de natte PVC-vloerbedekking
leggen. Tapijtvloer en PVC-vloerbedekking kunnen aan elkaar vastkle-
ven.
Spoelbakken en gaskooktoestel nooit reinigen met een zandhoudend
schuurmiddel. Alles vermijden, wat krassen en groeven zou kunnen
veroorzaken.
Gaskooktoestel alleen vochtig reinigen. Er mag geen water door de ope-
ningen aan het gaskooktoestel dringen. Water kan het gaskooktoestel
beschadigen.
Horstof aan deur, ramen en dakluiken: Insecten- of vuilresten altijd di-
rect verwijderen. De stof kan anders beschadigd raken. Wespen of vo-
gels kunnen schade veroorzaken wanneer zij aangekoekte restanten
opeten. Het wordt aanbevolen de horstof met een vochtige microvezel-
doek te reinigen. Reinigingsmiddelen alleen gebruiken wanneer deze
pH-neutraal zijn en geen oplosmiddelen bevatten. Indien nodig kan de
stof met een zachte borstel of een fijn borstelopzetstuk op de stofzuiger
voorgereinigd worden.
Verduisteringsrollo's met een zachte borstel schoonmaken of met het
borstelhulpstuk van de stofzuiger schoonzuigen. Vet of hardnekkig vuil
verwijderen met een 30 °C warm zeeploog (harde zeep).
Vouwverduisteringen met een zachte borstel schoonmaken of met het
borstelhulpstuk van de stofzuiger schoonzuigen. Vet of hardnekkig vuil
verwijderen met een 30 °C warm zeeploog (harde zeep).
Veiligheidsgordels kunnen afgerold met een warm zeeploog gereinigd
worden. Voor het oprollen moeten de veiligheidsgordels volledig droog
zijn.
Waterinstallatie
Watertank reinigen
Watertank leegmaken en aftapopening sluiten.
Afsluitdeksel van de watertank afnemen.
Watertank met water met een beetje afwasmiddel vullen (geen schuur-
middelen gebruiken).
Met een in de handel verkrijgbare afwasborstel de watertank schrobben,
tot er geen zichtbare aanslag meer aanwezig is.
De pompbehuizing eveneens afschrobben.
Indien mogelijk verswatersondes door de reinigingsopeningen met de
hand reinigen.
Watertank met een ruime hoeveelheid drinkwater uitspoelen.
Capron - 3495607 - 02/23 - EHG-0021-05NL