Tijdschakelklok instellen:
Storingsindicatie
10.2.6
Capron - 3495607 - 02/23 - EHG-0021-05NL
HIGH: Hoge ventilatorstand
BOOST: Snelle ruimteverwarming. Boost is beschikbaar wanneer
de huidige ruimtetemperatuur ten minste 10 °C onder de geselec-
teerde ruimtetemperatuur ligt.
Draai-/drukknop indrukken om de ingestelde waarde op te slaan. Als de
oorspronkelijk ingestelde waarde toch niet gewijzigd moet worden:
Toets Terug (Afb. 122,7) indrukken.
Draai-/drukknop (Afb. 122,6) draaien tot menusymbool Tijdschakelklok
(Afb. 123,9) knippert.
Draai-/drukknop indrukken. De begintijd wordt weergegeven, de weer-
gave van de uren knippert.
Draai-/drukknop draaien tot het uur van de gewenste begintijd wordt
weergegeven.
Draai-/drukknop indrukken. De weergave van de minuten knippert.
Draai-/drukknop draaien tot de minuten van de gewenste begintijd wor-
den weergegeven.
Draai-/drukknop indrukken.
Op dezelfde manier achterelkaar de uitschakeltijd, de gewenste ruimte-
temperatuur, warmwaterstand en ventilatorstand instellen.
Draai-/drukknop indrukken. De tijdschakelklok is geactiveerd. Het sym-
bool Tijdschakelklok (Afb. 123,9) knippert wanneer de tijdschakelklok
geprogrammeerd en actief is.
Het servicemenu bevat elementen die meestal slechts één keer moeten
worden ingesteld (taal, helderheid van achtergrond, kalibratie), en infor-
matie voor servicepunten (versienummers).
Bij een waarschuwing knippert het waarschuwingssymbool (Afb. 123,7). De
verwarming blijft werken. Wanneer het slechts een tijdelijke storing betreft,
gaat het waarschuwingssymbool vanzelf uit.
Bij een storing geeft het bedieningspaneel onmiddellijk de foutcode van de
storing aan. De verwarming wordt uitgeschakeld. Draai-/drukknop indrukken
om de verwarming opnieuw aan te zetten.
Verdere informatie ontlenen aan de aparte gebruiksaanwijzing van de
fabrikant.
Veiligheids-/aftapventiel
De verwarming is uitgerust met een veiligheids-/aftapventiel (Afb. 124). Het
veiligheids-/aftapventiel voorkomt, dat water voor de warmwatervoorziening
bevriest als bij vorst de verwarming niet is ingeschakeld.
Veiligheids-/aftapventiel openen en verwarming leegmaken, als het
voertuig langere tijd niet wordt gebruikt.
Bij temperaturen onder 2 °C gaat het veiligheids-/aftapventiel automa-
tisch open. Pas wanneer de temperatuur bij het veiligheids-/aftapventiel
boven 6 °C ligt, kan het veiligheids-/aftapventiel weer afgesloten worden.
De waterpomp en de waterarmaturen zijn niet tegen vorst beschermd
door het veiligheids-/aftapventiel.
Inbouwapparatuur
10
121