Problemen verhelpen
Probleem verhelpen
•
Onderbreek de voeding naar de frequentiere-
gelaar en hef de aardfout op.
•
Controleer op aardfouten in de motor door de
weerstand van de motorkabels en de motor naar
aarde te meten met behulp van een isolatiemeter
(megger).
•
Reset eventuele afzonderlijke offset voor elk van
4
4
de 3 stroomtransductoren in . Voer een
handmatige initialisatie of een volledige AMA uit.
Deze methode is vooral relevant na het
verwisselen van de voedingskaart.
Alarm 15, Incompatibele hardware
Een gemonteerde optie kan niet werken met de huidige
stuurkaarthardware of -software.
Noteer de waarde van onderstaande parameters en neem
contact op met Danfoss:
•
Parameter 15-40 FC-type.
•
Parameter 15-41 Vermogensectie.
•
Parameter 15-42 Spanning.
•
Parameter 15-43 Softwareversie.
•
Parameter 15-45 Huidige typecodereeks.
•
Parameter 15-49 SW-id stuurkaart.
•
Parameter 15-50 SW-id voedingskaart.
•
Parameter 15-60 Optie gemonteerd.
•
Parameter 15-61 SW-versie optie (voor elke
optiesleuf ).
Alarm 16, Kortsluiting
Er is kortsluiting in de motor of de motorkabels.
Probleem verhelpen
•
Onderbreek de voeding naar de frequentieom-
vormer en hef de kortsluiting op.
WAARSCHUWING/ALARM 17, Stuurwoordtime-out
Er is geen communicatie met de frequentieregelaar.
Deze waarschuwing is alleen actief wanneer
parameter 8-04 Time-out-functie stuurwoord NIET is
ingesteld op [0] Uit.
Als parameter 8-04 Time-out-functie stuurwoord is ingesteld
op [5] Stop en uitsch., wordt er een waarschuwing gegeven.
De frequentieregelaar wordt uitgeschakeld (trip) na de
uitloop, waarna een alarm wordt gegenereerd.
Probleem verhelpen
•
Controleer de aansluitingen op de kabel voor
seriële communicatie.
•
Verhoog parameter 8-03 Time-out-tijd stuurwoord.
•
Controleer de werking van de communicatieappa-
ratuur.
•
Controleer of een correcte EMC-installatie is
uitgevoerd.
234
®
VLT
HVAC Drive FC 102
Alarm 18, Start mislukt
Het toerental heeft de in parameter 1-77 Max startsnelh
compressor [tpm] ingestelde waarde tijdens de start niet
kunnen overschrijden binnen de voorgeschreven tijd
(parameter 1-79 Max starttijd compressor tot uitsch). Dit kan
zijn veroorzaakt door een geblokkeerde motor.
WAARSCHUWING 23, Fout interne ventilator
De ventilatorwaarschuwingsfunctie is een beschermings-
functie die controleert of de ventilator actief/gemonteerd
is. De ventilatorwaarschuwing kan worden uitgeschakeld
via parameter 14-53 Ventilatorbew. ([0] Uitgesch.).
Bij frequentieregelaars met DC-ventilatoren is een
terugkoppelingssensor in de ventilator gemonteerd. Dit
alarm wordt gegenereerd als de ventilator een inschakel-
commando krijgt terwijl er geen terugkoppeling van de
sensor is. Bij frequentieregelaars met AC-ventilatoren wordt
de spanning naar de ventilator bewaakt.
Probleem verhelpen
WAARSCHUWING 24, Fout externe ventilator
De ventilatorwaarschuwingsfunctie is een beschermings-
functie die controleert of de ventilator actief/gemonteerd
is. De ventilatorwaarschuwing kan worden uitgeschakeld
via parameter 14-53 Ventilatorbew. ([0] Uitgesch.).
Bij frequentieregelaars met DC-ventilatoren is een
terugkoppelingssensor in de ventilator gemonteerd. Dit
alarm wordt gegenereerd als de ventilator een inschakel-
commando krijgt terwijl er geen terugkoppeling van de
sensor is. Bij frequentieregelaars met AC-ventilatoren wordt
de spanning naar de ventilator bewaakt.
Probleem verhelpen
WAARSCHUWING 25, Kortsluiting remweerstand
De remweerstand wordt bewaakt tijdens bedrijf. Als er
kortsluiting optreedt, wordt de remfunctie uitgeschakeld
en wordt de waarschuwing gegenereerd. De frequentiere-
gelaar functioneert nog steeds, maar zonder de remfunctie.
Probleem verhelpen
Danfoss A/S © 10/2015 Alle rechten voorbehouden.
•
Controleer of de ventilator correct werkt.
•
Schakel de spanning naar de frequentieregelaar
uit en weer in en controleer of de ventilator heel
even actief is tijdens het opstarten.
•
Controleer de sensoren op de stuurkaart.
•
Controleer of de ventilator correct werkt.
•
Schakel de spanning naar de frequentieregelaar
uit en weer in en controleer of de ventilator heel
even actief is tijdens het opstarten.
•
Controleer de sensoren op het koellichaam.
•
Onderbreek de voeding naar de frequentiere-
gelaar en vervang de remweerstand (zie
parameter 2-15 Remtest).
MG11CE10