Parameterbeschrijving
3.15 Parameters: 15-** Hoofdmenu – Geg. omvormer
Parametergroep met informatie over de frequentieregelaar,
zoals bedrijfsgegevens, hardwareconfiguratie en software-
versies.
3
3
3.15.1 15-0* Bedrijfsgegevens
15-00 Bedrijfsuren
Range:
0 h
[0 - 2147483647
*
h]
15-01 Aantal draaiuren
Range:
0 h
[0 -
*
2147483647 h]
15-02 KWh-teller
Range:
0 kWh
[0 -
*
2147483647
kWh]
15-03 Inschakelingen
Range:
0
[0 - 2147483647 ] Geef weer hoeveel keer de frequentiere-
*
15-04 x Overtemp.
Range:
0
[0 - 65535 ] Geef het aantal temperatuurfouten van de
*
15-05 x Overspann.
Range:
0
[0 - 65535 ] Geef weer hoe vaak er overspanning van de
*
15-06 kWh-teller reset
Option:
[0]
Niet resetten Resetten van de kWh-teller is niet nodig.
*
[1]
Teller reset
134
VLT
Functie:
Geef weer hoeveel uur de frequentiere-
gelaar in bedrijf is geweest. De waarde
wordt opgeslagen wanneer de
frequentieregelaar wordt uitgeschakeld.
Functie:
Geef weer hoeveel uur de motor heeft
gedraaid. Reset de teller in
parameter 15-07 Draaiurenteller reset. De
waarde wordt opgeslagen wanneer de
frequentieregelaar wordt uitgeschakeld.
Functie:
Registreert het energieverbruik van de
motor als een gemiddelde waarde
over 1 uur. Reset de teller in
parameter 15-06 kWh-teller reset.
Functie:
gelaar is ingeschakeld.
Functie:
frequentieregelaar weer.
Functie:
frequentieregelaar is opgetreden.
Functie:
Druk op [OK] om de kWh-teller terug te
zetten naar 0 (zie parameter 15-02 KWh-teller).
Danfoss A/S © 10/2015 Alle rechten voorbehouden.
®
HVAC Drive FC 102
15-07 Draaiurenteller reset
Option:
[0]
Niet
*
resetten
[1]
Teller reset
15-08 Aantal starts
Range:
0
[0 -
*
2147483647 ]
3.15.2 15-1* Instellingen datalog
De datalog maakt het mogelijk om continu tot 4
gegevensbronnen (parameter 15-10 Logbron) met
afzonderlijke intervallen (parameter 15-11 Loginterval) te
loggen. Een triggergebeurtenis (parameter 15-12 Trigger-
gebeurt.) en enkele steekproeven
(parameter 15-14 Steekproeven voor trigger) worden gebruikt
om het loggen conditioneel te starten en te stoppen.
15-10 Logbron
Array [4]
Option:
[0]
Geen
*
[1397] Alert Alarm Word
[1398] Alert Warning Word
[1399] Alert Status Word
[1600] Stuurwoord
[1601] Referentie [Eenh.]
[1602] Referentie %
[1603] Statuswoord
[1610] Verm. [kW]
[1611] Verm. [pk]
[1612] Motorspanning
[1613] Frequentie
[1614] Motorstroom
[1616] Koppel [Nm]
Functie:
Een reset van de draaiurenteller is niet nodig.
Selecteer [1] Teller reset en druk op [OK] om
de draaiurenteller (parameter 15-01 Aantal
draaiuren) en parameter 15-08 Aantal starts
terug te zetten naar 0 (zie ook
parameter 15-01 Aantal draaiuren).
Functie:
LET OP
Deze parameter wordt gereset wanneer
parameter 15-07 Draaiurenteller reset
wordt teruggezet naar nul.
Dit is enkel een uitleesparameter. De teller
toont het aantal starts en stops die het
gevolg zijn van een normaal start-/
stopcommando en/of het in-/uitschakelen
van de slaapmodus.
Functie:
Selecteer welke variabelen
moeten worden gelogd.
MG11CE10