Signaal van een ingangskanaal naar een MIX-bus versturen
D Knop TO MIX SEND ON/OFF
Dit is een aan/uit-schakelaar voor het signaal dat van
het ingangskanaal naar de MIX-bus wordt verzonden.
De indicatie 'PRE', in zwarte lettertekens op een witte
achtergrond, wordt alleen boven deze knoppen aange-
geven als PRE (pre-fader) is geselecteerd als positie
waarvandaan het signaal van het ingangskanaal wordt
verstuurd. Deze indicatie wordt niet aangegeven voor
POST (post-fader). (Voor details over hoe om te
schakelen tussen PRE en POST → pag. 64).
TIP
• Als PRE is geselecteerd als zendpositie naar een MIX-bus,
kunt u voor elke MIX-bus PRE EQ (onmiddellijk voor de
verzwakker) of PRE FADER (onmiddellijk voor de schuif)
selecteren ( → pag. 212).
4
Zorg dat de knop TO MIX is aangezet in het
veld TO MIX/TO MATRIX in het scherm.
Als de TO MIX knop aanstaat, toont het veld TO MIX/
TO MATRIX alle knoppen voor MIX-bussen 1–16.
Druk op de knop om deze aan te zetten als de knop uit
is.
MIX-bussen kunnen van het type FIXED (vast) zijn
waarbij het zendniveau vastligt of van het type VARI
waarbij het zendniveau variabel is. U kunt per twee
aangrenzende oneven-/evengenummerde MIX-bussen
schakelen tussen FIXED en VARI (voor de procedure
→ pag. 212).
Als de zendbestemmings-MIX-bus van het type
FIXED is, wordt het symbool O weergegeven in plaats
van de knop TO MIX SEND LEVEL. In dit geval kunt
u het zendniveau niet aanpassen.
Als de zendbestemmings-MIX-bus van het type VARI
is, wordt de knop TO MIX SEND LEVEL weerge-
geven in dezelfde kleur als de corresponderende
encoder in de sectie SELECTED CHANNEL. In dit
geval kunt u de corresponderende encoder van de
sectie SELECTED CHANNEL gebruiken om het
zendniveau aan te passen.
U kunt zonodig twee aangrenzende oneven-/even-
genummerde MIX-bussen aangeven als stereobus en
de belangrijkste parameters koppelen (→ pag. 212).
Als de zendbestemmings-MIX-bus als stereo is toe-
gewezen, werkt de linkerknop van de twee aangren-
zende TO MIX SEND LEVEL-knoppen als de knop
TO MIX PAN (bij een ST IN-kanaal als TO MIX
BALANCE-knop).
62
M7CL Gebruikershandleiding
Bij een INPUT-kanaal past de rechterknop het
gemeenschappelijk zendniveau naar de twee MIX-
bussen aan en de linkerknop past de panning tussen de
twee MIX-bussen aan. De linkerknop TO MIX SEND
LEVEL naar links draaien vergroot de hoeveelheid
signaal die naar de onevengenummerde MIX-bus
wordt verstuurd, en deze naar rechts draaien vergroot
de hoeveelheid die naar de evengenummerde MIX-bus
wordt gestuurd.
Bij een ST IN-kanaal past de rechterknop het
gezamenlijke zendniveau voor de twee MIX-bussen
aan, en de linkerknop past de volumebalans van de
linker- en rechtersignalen aan die naar de twee MIX-
bussen worden verstuurd. De linkerknop TO MIX
SEND LEVEL naar links draaien vergroot de hoeveel-
heid signaal die van het L-kanaal naar de oneven-
genummerde MIX-bus wordt verstuurd, en deze naar
rechts draaien vergroot de hoeveelheid die van het R-
kanaal naar de evengenummerde MIX-bus wordt
verstuurd.
TIP
• Zonodig kan de instelling van de knop TO MIX PAN/TO
MIX BALANCE worden gekoppeld met het gebruik van de
knop TO ST PAN/TO ST BALANCE die in het veld
STEREO/MONO van het scherm OVERVIEW wordt
getoond ( → pag. 212).
5
Zorg ervoor dat de knop TO MIX SEND ON/
OFF is aangezet voor de zendbestemmings-
MIX-bus.
Druk op de knop in het scherm om deze aan te zetten
als de knop uit is.
6
Gebruik de MIX SEND LEVEL-knoppen in
de sectie SELECTED CHANNEL om de
zendniveaus naar de MIX-bussen aan te
passen.
TIP
• Als u het geluid wilt beluisteren dat naar een bepaalde
MIX-bus wordt verstuurd, gebruik dan de navigatietoetsen
om het corresponderende MIX-kanaal op te roepen en druk
op de betreffende [CUE]-toets in de sectie Centralogic.
7
U kunt de [SEL]-toetsen van het bedienings-
paneel gebruiken om de ingangskanalen te
schakelen en het zendniveau naar alle MIX-
bussen op dezelfde manier te regelen.