Inhoudsopgave
Advertenties
De helderheid van het aanraakscherm, LED's en lampjes aangeven
Zo kunt u de helderheid aangeven van het aanraakscherm, de LED's van het bedieningspaneel
en de lampjes die op de LAMP-aansluitingen op het achterpaneel zijn aangesloten.
1
Druk op de knop SETUP in het functieoproep-
gebied om het scherm SETUP op te roepen.
2
Druk in het veld BRIGHTNESS, rechts op de
onderste regel van het scherm SETUP, op
de knop BANK A of BANK B.
U kunt twee verschillende BRIGHTNESS-instellingen
in bank A en B opslaan en er daarna desgewenst snel
tussen schakelen.
3
Gebruik de multifunctionele encoders 6–8
om de volgende parameters in te stellen.
● SCREEN
Past de helderheid aan van het aanraakscherm.
● PANEL
Past de helderheid aan van de LED's op het bedie-
ningspaneel. Als de optionele meterbrug MBM7CL
is geïnstalleerd heeft dit ook invloed op de LED's
van de meterbrug.
OPMERKING
• Als de AD8HR is aangesloten, wijzigt ook de helderheid van
de LED's van de AD8HR.
● LAMP
Past de helderheid aan van de lampjes die zijn aan-
gesloten op de LAMP-aansluitingen op het achter-
paneel.
De helderheid van het aanraakscherm, LED's en lampjes aangeven
4
Schakel desgewenst tussen Bank A en B
om voor de andere bank op dezelfde manier
instellingen te maken.
U kunt nu schakelen tussen de knoppen BANK A en
BANK B van het veld BRIGHTNESS om de helder-
heid van het aanraakscherm, de LED's en lampjes met
één handeling om te schakelen. U kunt de parameter
BRIGHTNESS ook aan gebruikerssneltoets toewijzen
en op die toets drukken om tussen Bank A en B te
schakelen.
M7CL Gebruikershandleiding
19
215
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
