Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Basisinstellingen Voor Mix-Bussen En Matrix-Bussen; B Bus Type / Send Point - Yamaha M7CL Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Basisinstellingen voor MIX-bussen en MATRIX-bussen

Basisinstellingen voor MIX-bussen en MATRIX-bussen
Deze sectie legt uit hoe u de basisinstellingen voor MIX-bussen en MATRIX-bussen kunt
wijzigen, zoals schakelen tussen stereo en mono, en de positie selecteren waarvandaan het
signaal van een ingangskanaal wordt verzonden.
De instellingen die u in de volgende procedure maakt worden als onderdeel van de scène opgeslagen.
1
Druk op de knop SETUP in het functieoproep-
gebied om het scherm SETUP op te roepen.
2
Druk op de knop BUS SETUP in het midden
van het scherm SETUP, om het pop-up-
venster BUS SETUP te openen.
In het pop-upvenster BUS SETUP kunt u verschei-
dene instellingen voor MIX-bussen en MATRIX-
bussen maken.
1
4
Dit pop-upvenster bevat de volgende items.
1 SIGNAL TYPE
(signaalbewerkingsmethode)
Dit selecteert of twee aangrenzende oneven-/even-
genummerde bussen als stereokanalen worden
gebruikt waarvan de MAIN-parameters zijn gekoppeld
(STEREO) of als twee monokanalen (MONO x2).

B BUS TYPE / SEND POINT

Voor twee aangrenzende oneven-/evengenummerde
bussen selecteert dit de positie waarvandaan het
signaal van het ingangskanaal wordt verzonden. Bij
een MIX-bus kunt u hier ook het bustype (VARI of
FIXED) schakelen.
C PAN LINK
Dit bepaalt of de positie, waarvandaan het signaal van
een ingangskanaal naar de STEREO-bus wordt
verzonden, wordt gekoppeld met de instelling INPUT
TO ST PAN.
D Tabs MIX BUS SETUP/MATRIX BUS SETUP
Deze tabs schakelen het type bussen (MIX-bussen of
MATRIX-bussen) dat in het scherm wordt getoond.
212
M7CL Gebruikershandleiding
2
3
3
Gebruik de tabs MIX BUS SETUP/MATRIX
BUS SETUP om of de MIX-bussen of de
MATRIX-bussen te bekijken.
4
Gebruik de knoppen in het veld SIGNAL
TYPE om aan te geven of elke bus als
STEREO (de hoofdparameters worden voor
twee aangrenzende oneven-/evengenum-
merde bussen gekoppeld) of MONOx2
(gebruiken als twee monokanalen) moet
functioneren.
5
Gebruik de knoppen van het veld BUS
TYPE/SEND POINT om de positie te selec-
teren waarvandaan het signaal van het
ingangskanaal wordt verzonden.
In het geval van een MIX-bus kunt u dit veld gebrui-
ken om het bustype te schakelen (VARI of FIXED).
De volgende items kunnen voor elke bus worden
geselecteerd.
● MIX-bus
• VARI [PRE EQ]
........... Het zendniveau van de MIX-bus is
aanpasbaar. Kies dit als u de MIX-
bus als een externe effectsend of als
monitoruitgang wilt gebruiken. Het
signaal wordt direct van voor de EQ
van het ingangskanaal (verzwakker)
verstuurd.
• VARI [PRE FADER]
........... Het zendniveau van de MIX-bus is
aanpasbaar. Kies dit als u de MIX-
bus als een externe effectsend of
als monitoruitgang wilt gebruiken.
Het signaal wordt direct van voor de
schuif van het ingangskanaal ver-
stuurd.
• FIXED ........... Het zendniveau van de MIX-bus ligt
vast op nominaal niveau (0,0 dB).
Kies dit als u de MIX-bus als een
groepsuitgang of als een busuitgang
wilt gebruiken voor opnemen op een
multitrackrecorder. Het signaal
wordt van direct na de [ON]-toets
van het ingangskanaal gestuurd.
● MATRIX-bus
• PRE EQ .......... Het signaal wordt direct van voor de
EQ van het ingangskanaal (ver-
zwakker) verstuurd.
• PRE FADER ... Het signaal wordt direct van voor de
schuif van het ingangskanaal ver-
stuurd.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave