WIELEN EN BANDEN
||
1. Haal de parkeerrem (p. 313) aan en schakel
de achteruitversnelling in of zet de keuze-
hendel in stand P, als de auto een automati-
sche versnellingsbak heeft.
350
WAARSCHUWING
Controleer of de krik intact is, goed
gesmeerde schroefdraadwindingen heeft en
vrij van vuil is.
N.B.
Volvo adviseert u alleen de krik te gebruiken*
die bij de auto hoort, zoals aangegeven op de
kriksticker.
Op de sticker staat tevens de maximale hef-
capaciteit bij de vermelde minimale hef-
hoogte.
2. Neem de krik*, de wielsleutel*, het demonta-
gegereedschap voor de wieldop* en voor de
kunststof boutafdekkingen erbij die in het
blok schuimrubber liggen. Bij gebruik van een
andere krik, zie Auto opnemen (p. 381).
Demontagegereedschap voor kunststof boutafdekkin-
gen.
3. Plaats wielblokken voor en achter de wielen
die op de grond blijven staan. Gebruik daar-
voor bijvoorbeeld grote houten blokken of
grote stenen.
* Optie/accessoire.