KLIMAAT
Airconditioning
De airconditioning koelt en droogt zo nodig de
binnenkomende lucht.
Wanneer het lampje in de knop
AC brandt, wordt de aircondi-
tioning geheel automatisch
geregeld.
Wanneer het lampje in de knop
AC gedoofd is, is de aircondi-
tioning uitgeschakeld. De overige functies wor-
den nog steeds automatisch geregeld. Bij active-
ring van de maximale ontwaseming (p. 142)
wordt automatisch de airconditioning ingescha-
keld, zodat de lucht optimaal gedroogd wordt.
3
Als bij inschakeling van de elektrische voorruitverwarming het teken
142
Voorruit ontwasemen en ontdooien
U kunt de elektrische voorruitverwarming* en de
maximale ontwaseming gebruiken om de vooruit
en zijruiten snel te ontwasemen en ontdooien.
Het middendisplay geeft de gekozen instelling aan.
Elektrische voorruitverwarming*
Maximale ontwaseming
Het lampje in de ontwase-
mingsknop brandt, wanneer de
functie is ingeschakeld.
Tik herhaalde malen op de
knop om van niveau te wisselen
of om de functie uit te schake-
len.
C
op de achteruitkijkspiegel verschijnt, moet het kompas (p. 113)* opnieuw gekalibreerd worden.
Auto's zonder elektrische voorruitverwarming
hebben één ontwasemingsniveau:
•
Er stroomt lucht naar de ruiten - op het dis-
play brandt het symbool (2).
•
Functie uitschakelen - geen van de symbolen
brandt.
Auto's met elektrische voorruitverwarming heb-
ben twee ontwasemingsniveaus:
•
Elektrische voorruitverwarming
- op het display brandt een symbool (1).
•
Elektrische voorruitverwarming
en lucht naar de ruiten sturen - op het dis-
play branden de symbolen (1) en (2).
•
Functie uitschakelen - geen van de symbolen
brandt.
N.B.
Elektrische voorruitverwarming en een even-
tuele IR-film (p. 21) kunnen de prestaties van
transponders en andere communicatie-appa-
ratuur beïnvloeden.
3
inschakelen
3
inschakelen
* Optie/accessoire.