Controleer of de trekhaak vastzit door deze
stevig omhoog, omlaag en naar achteren te
bewegen.
WAARSCHUWING
Als de trekhaak niet goed zit, moet u deze
verwijderen en opnieuw monteren zoals eer-
der werd beschreven.
BELANGRIJK
Vet alleen de kogel in waarop de aanhange-
rkoppeling wordt geplaatst; houd de rest van
het kogelsegment vetvrij en droog.
N.B.
Als er een koppeling met trillingsdemper
wordt gebruikt, mag de trekkogel niet worden
gesmeerd.
Veiligheidskabel.
WAARSCHUWING
Controleer of de veiligheidskabel van de aan-
hanger in de juiste bevestiging vastzit.
Trekhaak verwijderen
Steek de sleutel in het slot en draai deze
rechtsom in de ontgrendelde stand.
STARTEN EN RIJDEN
Druk de vergrendelingsknop
deze linksom
totdat u een klik hoort.
Draai de vergrendelingsknop volledig omlaag
totdat deze niet verder kan. Houd de knop in
deze stand vast terwijl u de trekhaak schuin
naar achteren toe omhoogtrekt.
WAARSCHUWING
Zet de trekhaak goed vast, wanneer u deze in
de auto bewaart, zie Afneembare trekhaak* -
opbergen (p. 332).
* Optie/accessoire.
in en draai
}}
335