BESTUURDERSONDERSTEUNING
||
WAARSCHUWING
Het Driver Alert System werkt niet in alle situ-
aties, maar is uitsluitend bedoeld als een aan-
vullend hulpmiddel.
Als bestuurder bent u er altijd verantwoorde-
lijk voor dat u de auto op een veilige manier
bestuurt.
Gerelateerde informatie
•
Driver Alert Control (DAC)* (p. 258)
•
Rijbaanassistent (LDW)* (p. 261)
•
Rijbaanassistent (LKA)* (p. 265)
258
Driver Alert Control (DAC)*
(DAC) dient om uw aandacht te trekken, wan-
neer de auto op ongecontroleerde wijze
bestuurd wordt (omdat u bijvoorbeeld afgeleid
wordt of bijna in slaap valt).
DAC is bedoeld om langzame wijzigingen in het
rijgedrag te bespeuren, in eerste instantie op de
grotere wegen. De functie is niet bedoeld voor
gebruik in het stadsverkeer.
Een camera tast de geschilderde rijstrookmarke-
ringen af en vergelijkt de wegrichting met uw
stuurbewegingen. U wordt gewaarschuwd wan-
neer de auto de wegrichting op een ongecontro-
leerde manier volgt.
Soms treden er ondanks vermoeidheid geen
merkbare wijzigingen op in het rijgedrag. Het kan
dan gebeuren dat u geen waarschuwing krijgt.
Het is daarom van groot belang dat u bij opko-
mende vermoeidheid de auto op een geschikte
plek parkeert om een pauze in te lassen, onge-
acht de vraag of DAC nu wel of niet heeft
gewaarschuwd.
N.B.
De functie mag niet worden gebruikt om de
rijtijd te verlengen. Plan altijd regelmatig pau-
zes in en zorg ervoor dat u bent uitgerust.
Beperkingen
Soms kan het systeem ten onrechte waarschu-
wen voor ongecontroleerde stuurbewegingen. Dit
kan bijvoorbeeld gebeuren bij:
•
zijdelingse rukwinden
•
spoorvorming in het wegdek.
N.B.
De camerasensor heeft zijn beperkingen
(p. 245).
Gerelateerde informatie
•
Driver Alert System* (p. 257)
•
Driver Alert Control (DAC)* - bediening
(p. 259)
•
Driver Alert Control (DAC)* - symbolen en
meldingen (p. 260)
* Optie/accessoire.