functies en de locatie van de knoppen is afhankelijk van
de gekozen uitrusting en de desbetreffende markt.
MY CAR - opent het menusysteem MY CAR.
OK/MENU - knop op de middenconsole
indrukken of het duimwiel op het stuurwiel
om de gemarkeerde menu-optie te
kiezen/aan te vinken of de gekozen functie
in het geheugen op te slaan.
TUNE - aan de draaiknop op de middencon-
sole of het duimwiel op het stuurwiel draaien
om een stap omhoog/omlaag te gaan door
de menu-opties.
EXIT
EXIT-functies
Afhankelijk van de functie en van het menuniveau
waarop de aanwijzer staat op het moment dat u
EXIT kort indrukt, kan het volgende gebeuren:
•
telefoongesprekken worden geweigerd
•
de actuele functie wordt beëindigd
•
de ingevoerde tekens worden gewist
•
de laatste gemaakte keuze wordt geannu-
leerd
•
u beweegt omhoog in het menusysteem.
Bij lang indrukken van EXIT springt u naar de
normaalweergave voor MY CAR of naar het
hoogste menuniveau (hoofdbronmenu) als u zich
in de normaalweergave bevindt.
De lay-out van het display en weergave kunnen variëren afhankelijk van het type.
30
Menu-opties en zoekpaden
Voor een beschrijving van de menu-opties en
zoekpaden in MY CAR, zie het Sensus Infotain-
ment-supplement.
INSTRUMENTEN, SCHAKELAARS EN BEDIENING
Boordcomputer
De boordcomputer van de auto registreert en
berekent waarden zoals afgelegde afstand,
brandstofverbruik en gemiddelde snelheid tij-
dens het rijden.
De functies en het uiterlijk van de boordcomputer
verschillen afhankelijk van de vraag of het instru-
mentenpaneel er een van het analoge of digitale
type is:
•
Boordcomputer - analoog instrumentenpa-
neel (p. 123)
•
Boordcomputer - digitaal instrumentenpa-
neel (p. 127)
De boordcomputerinformatie is weer te geven op het
30
bestuurdersdisplay
.
}}
121