Programmeer Zones [52]
02 Volgzone
Zones die de in- en uitgangsroutes beschermen, worden als Volgzone geprogrammeerd.
Tijdens de in- en uitschakelingsprocedures werken volgzones zonder alarm. Als de volgzone
wordt geactiveerd terwijl het systeem is ingeschakeld, zonder dat het blok dat wordt
geïnitieerd wordt uit te schakelen, wordt er een inbraakalarm geactiveerd.
Het openen van een volgzone tijdens de uitgangstijd wordt op het bediendeel gerapporteerd
als een open zone. De E/E signalering piept snel om aan te geven dat de zone is geopend.
Opmerking:
U kunt de volgzone aan meerdere blokken toewijzen door tijdens het
toewijzen van een blok aan de zone te drukken op . Hierdoor kunt u een
volgzone activeren in een blok dat momenteel niet wordt uitgeschakeld,
zonder daarbij een inbraakalarm te genereren. Zie de ster
03 Inbraak
De Inbraakfunctie is inactief wanneer het systeem is uitgeschakeld. Als het systeem is
ingeschakeld, veroorzaakt de activering van een Inbraakzone een volledige alarmactivering.
Dit alarm kan alleen worden gereset met een gebruikerscode voor Systeemreset (zie Alarm
reset [51.6] en Reduceer Niveau [51.55.3]).
Alle zones worden standaard geprogrammeerd als inbraakzone. Dit geldt ook voor de zones
op RIO's die later aan het systeem worden toegevoegd.
05 Security
De functie Security is altijd operationeel, behalve wanneer het systeem wordt uitgeschakeld,
dan activeert de Securityzone een lokaal alarm (E/E signalen geactiveerd) waarvoor geen
systeemreset is vereist. Elke geldige code (type 2 of hoger) annuleert het alarm en reset het
systeem. Activering als het systeem is ingeschakeld, leidt tot een volledig alarm. Hierna
moet het systeem worden gereset. De activering (+) en het herstel (–) van Security-zones
worden vastgelegd in het gebeurtenissengeheugen.
07 In/Uitgang
De uitschakelprocedure wordt hetzelfde gestart als de zone Laatste. Tijdens de
inschakelprocedure gedraagt een in/uitgangszone zich echter als een volgzone. Deze functie
wordt veelal toegepast in combinatie met een zone met de functie Puls Aan, waarmee de
uitgangstijd wordt beëindigd en het systeem wordt ingeschakeld.
Als u op
drukt tijdens het programmeren van een in/uitgangszone, wordt de ingangstijd
van het blok verdubbeld.
Het openen van een in/uitgangszone tijdens de uitgangstijd wordt op het bediendeel
gerapporteerd als een open zone. De E/E signalering piept snel om aan te geven dat de zone
is geopend.
08 Puls aan
Deze zonefunctie wordt gebruikt om de inschakelprocedure te beëindigen. Het systeem
wordt ingeschakeld wanneer de Puls-aan zone, meestal een drukknop, wordt geactiveerd.
De E/E signalering stopt onmiddellijk wanneer de knop wordt ingedrukt. Het systeem wordt
na vier seconden ingeschakeld zodat de deuren zich kunnen sluiten. De Puls-aan zone blijft
inactief tot de volgende inschakelprocedure.
96
Galaxy Flex - Installatiehandleiding
Blokfunctie.