Communicatie [56]
2=Dubbel
Rapporteert aan beide nummers die geprogrammeerd zijn in
Telefoonnummer 1 en Telefoonnummer 2. Het alarm moet aan beide
nummers worden overgedragen.
3=Alternate
Rapporteert aan Telefoonnummer 1, Telefoonnummer 2 of
Telefoonnummer 3. Er wordt steeds afwisselend geprobeerd de nummers
te bereiken tot de alarmmelding is verzonden. De alarmmelding wordt naar
slechts één nummer verzonden. Er wordt altijd eerst geprobeerd de
melding te verzenden naar telefoonnummer 1.
Opmerking:
De Dubbel optie werkt uitsluitend met het DTMF format of het SIA format
met maximaal niveau 2. Indien Dubbel bij een ander format wordt
geselecteerd, zal de Modem/Kiezer op de Alternate manier functioneren.
Telefoonnummer 2 [56.1.05]
Er is een tweede telefoonnummer beschikbaar ter ondersteuning van Dubbel en Alternate
inbellen bij een tweede bestemmingsontvanger. De programmering is identiek aan
Telefoonnummer 1 [56.1.02].
Kiestype [56.1.06]
Selecteer een transmissiemode:
1=Toon
Tevens bekend als DTMF-kiezen. Hierbij gaat het inbellen veel sneller dan met
de optie Puls.
2=Puls
is universeel. Een groeiend aantal telefooncentrales werkt tegenwoordig echter
met de optie Toon (DTMF-kiezen).
Opmerking: Als u niet zeker weet op welk type telefooncentrale de centrale is
aangesloten, gebruikt u de optie Puls.
Testmelding Int MDM/KZR [56.1.07]
Gebruik deze optie om automatisch een installateurtest te versturen naar de meldkamer om
de integriteit van het alarmtransmissiepad aan te geven.
1=Starttijd
2=Interval
3=Intell.
Installateurtest [56.1.08]
Zodra het Klantnummer en Telefoonnummer 1 is opgegeven, kunt u deze optie gebruiken
om te controleren of de centrale de gegevens die met de module worden verzonden, ontvangt.
132
Geef de tijd op wanneer de eerste installateurtest wordt verzonden.
Er wordt steeds een volgende installateurstest verzonden na de tijd
die is opgegeven bij de optie Interval.
Met deze optie bepaalt u de periode van de starttijd tussen de
automatische transmissies van de installateurtest. Het bereik is 0-99 uur.
Opmerkingen:
1.
Als de testinterval 0 (standaard) is, wordt Autotest
uitgeschakeld, ook als er een waarde bij Starttijd is opgegeven.
2.
Als u Autotest wilt uitschakelen, voert u 00:00 (standaard) in;
om middernacht kunnen er geen testsignalen worden verzonden.
Deze optie zorgt ervoor dat de verzending van een automatische
testmelding wordt stopgezet als er reeds een alarmsignaal is
verzonden tijdens de testmeldingsinterval.
Galaxy Flex - Installatiehandleiding