Test Uitgang [32]
Opmerking:
Zones van het type PA, PA-Stil, PA-Vertr., PA-Vertr/Stil en Brand zijn niet
in de test opgenomen als
De responstijd van de zones wordt gereduceerd tot 20 ms (40 ms voor RF
RIO's) zolang de looptest duurt, om verbroken verbindingen of beschadigde
kabels te kunnen detecteren.
Na het starten van de looptest leidt het openen van een zone (of een zone die al open is bij
de start van de test) tot uitgangen die zijn geprogrammeerd als E/E signalering. Indien één
zone is geopend, worden op het bediendeel het adres en de functie van de zone
weergegeven. Als er meerdere zones zijn geopend, wordt op het bediendeel weergegeven
hoeveel zones er open zijn. Gebruik
Opmerking:
Bij de looptest wordt de status van de zones niet weergegeven. Als er een open
zone in de looptest is opgenomen, wordt de E/E signalering geactiveerd zodra u
de test hebt gestart en blijft actief totdat de zone is gesloten.
Gedurende de tijd dat de looptest actief is, wordt het bericht LOOPTEST
ACTIEF/ESC=Stoppen weergegeven.
Druk op
om alle zones weer te geven die tot nu toe een looptest hebben ondergaan.
#
Als u wilt terugkeren naar de looptest, druk dan nogmaals op
Opmerking:
RF-zones nemen bij een looptest de signaalsterkte op in gereduceerde
gevoeligheid.
De looptest beëindigen
Druk op
om de looptest te beëindigen.
esc
De test wordt automatisch beëindigd als er gedurende 20 minuten geen zones zijn geactiveerd.
Als u de resultaten van de test wilt weergeven, ga dan naar het gebeurtenissengeheugen
(zie Display Geheugen [22]). De start van de looptest wordt aangegeven door het bericht
LOOPTEST +. Elke geteste zone wordt opgenomen (de activering van elke zone wordt
maar eenmaal tijdens de test opgenomen, zelfs als de zone meerdere malen wordt geopend).
Het einde van de test wordt aangegeven door het bericht LOOPTEST –.
Test Uitgang [32]
De uitgangen worden getest per uitgangsfunctie: als u bijvoorbeeld 01=SIRENE selecteert,
worden alle uitgangen met de functie Sirene geactiveerd. Raadpleeg Programmeer
uitgangen [53] voor een volledige beschrijving van elke uitgangsfunctie.
Als u de uitgangsoptie opgeeft, wordt functietype 01=SIRENE aangeboden voor selectie.
Druk op
of
om het gewenste type uitgangsfunctie te verplaatsen of typ direct het
A
B
gewenste functietypenummer. Typ bijvoorbeeld
Druk op
als u de geselecteerde uitgangsfunctie wilt testen. Druk op
ent
tussen de functies AAN en UIT.
Gebruikers
Gebruikerstypes 5 en 6 hebben alleen toegang tot 01=SIRENE en 02=FLITSER. Alleen de
installateur heeft toegang tot alle uitgangsfuncties.
48
wordt gebruikt om alle zones op te nemen.
of
om de open zones weer te geven.
A
B
als u SECURITY wilt selecteren.
13
Galaxy Flex - Installatiehandleiding
.
#
om te switchen
ent