Bijlage G: Randapparatuur
Instellingenmenu
Het TouchCenter kent een aantal configuratie-instellingen die rechtstreeks in het bediendeel
worden ingesteld. Om deze instellingen te gebruiken moet het TouchCenter verbonden zijn
met de centrale en de centrale moet in Installateurmode zijn. Ga als volgt te werk:
Druk op de startpagina op de knop SECURITY en voer de autorisatiecode in.
1.
Dit is de installateurcode van de centrale. Het beveiligingsscherm wordt weergegeven.
2.
Druk op de knop MEER OPTIES.
3.
Druk op de knop BEDIENDEEL SETUP.
4.
Druk op de knop BEDIENDEEL TEST.
Vanaf dit scherm zijn de volgende opties beschikbaar:
Zelfdiagnose
Deze drie diagnostische tests zijn bedoeld om de juiste werking van het TouchCenter
en de verbinding met de centrale te controleren.
LCD-displaytest
Audiotest
LED-test
Adres
Indien gewenst kunt u via SERVICE het RS485-adres wijzigen. Na wijziging kunt u het
TouchCenter opnieuw configureren met behulp van de centrale.
Bediening TouchCenter
Algemene bediening:
1.
Druk op de Homepagina op de knop voor de gewenste functie.
Opmerking: Druk op de knop Bediendeelinterface als u de centrale van het
2.
Geef een geldige pincode op indien hierom wordt gevraagd.
3.
Kies de gewenste on-screen opties. Raadpleeg voor algemene informatie over de
bediening de informatie op het scherm en de afzonderlijke gebruikershandleiding.
U kunt het systeem in- en uitschakelen door een prox-tag aan de proxlezer aan te bieden (zie
de instructies in het helpbestand op de homepagina). Het voorhouden van een tag roept het
inschakelkeuzedcherm op.
232
TouchCenter wilt programmeren. Het TouchCenter emuleert een
standaardinstallatie van het bediendeel.
Galaxy Flex - Installatiehandleiding