Galaxy Flex - Installatiehandleiding
INT Modem/Kiezer terugbellen 1 tot 5 [47.1.0.1 tot 5]
IMOD terugbellen 1 tot 5 [47.1.1.1 tot 5]
Ethernet terugbellen 1 tot 5 [47.1.2.1 tot 5]
GSM terugbellen 1 tot 5 [47.1.3.1 tot 5]
Met deze optie kunt u maximaal vijf nummers voorprogrammeren (zie RS
toegang [56.1.12]). Wanneer u een van de nummers (1 – 5) selecteert en op
wordt op de centrale het vooraf geprogrammeerde telefoonnummer gekozen dat als
terugbelnummer is ingesteld.
Als er geen telefoonnummer is voorgeprogrammeerd voor het geselecteerde nummer, wordt
u gevraagd een willekeurig nummer in te voeren. Voer het vereiste telefoonnummer in en
druk op
. De centrale kiest vervolgens het opgegeven telefoonnummer.
ent
Opmerking:
De computer die wordt gebeld door de centrale, moet remote servicing
software geïnstalleerd hebben en de Communicatie Server moet actief zijn.
Auto Service [47.4]
U kunt centrales instellen om onder drie omstandigheden automatisch te communiceren met
remote servicing software:
Als de locatieprogrammering wijzigt, wordt de nieuwe programmering naar de software
gestuurd.
Activeer op een vooraf ingesteld schema een automatische periodieke upload.
Activeer op een vooraf ingesteld schema een automatische remote route-inspectie.
Opmerking:
De Auto Service-functie werkt zowel voor Interne modem/kiezer- als
de Ethernet-module.
Gebruik de volgende subopties om de mode te selecteren voor automatische communicatie
in elk van de drie situaties.
Autoservicemode Uit [47.4.1.0]
In deze mode wordt op de centrale geen automatische oproep voor service op afstand gestart,
zelfs niet nadat de programmering van de centrale is gewijzigd. Dit is de standaardinstelling.
Autoservicemode Getimed [47.4.1.1]
In deze mode, volgend op een wijziging in de programmering van de centrale, wordt
automatisch een oproep gestart tussen een geprogrammeerde starttijd (optie 47.4.2.1) en
eindtijd (optie 47.4.2.2). Om verkeersopstoppingen te voorkomen selecteert de centrale
willekeurig een tijd tussen de start- en eindtijd om de oproep te starten. Zodra de verbinding
is opgezet, wordt de nieuwe programmering van de centrale naar de Remote Service
software gestuurd.
Autoservicemode Direct [47.4.1.2]
In deze mode wordt, na een wijziging aan de programmering van de centrale, na het
afsluiten van de installateurmode, meteen een verbinding met de Remote Service-toepassing
opgezet, via terugbelnummer 1. Zodra de verbinding is opgezet, wordt de nieuwe
programmering naar de Remote Service software gestuurd.
RS toegang [47]
drukt,
ent
65