Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

26 Veilig en op de juiste wijze › Veilig zitten
Alle portieren, voorklep en de bagageruimteklep sluiten.
De laadprocedure beëindigen en de acculaadklep sluiten.
De juiste zithouding innemen, de stoel juist instellen en de vei-
ligheidsgordel correct omgespen. De passagiers erop wijzen
dit eveneens te doen. De veiligheidsgordel tijdens het rijden al-
tijd omgegespt laten.
Een veiligheidsgordel kan slechts voor een persoon worden
gebruikt.
Controleer of de veiligheidsgordels niet zijn ingeklemd, bij-
voorbeeld in het portier of in de stoel.
Veiligheidsgordels, de sloten en de bevestigingspunten ervan
op beschadiging controleren.

Veilig zitten

Met het oog op de veiligheid van de passagier en om het gevaar
voor verwondingen bij een ongeval te verminderen, moeten de
volgende aanwijzingen in acht worden genomen:
De rugleuningen rechtop zetten. Indien de bijrijdersstoelleu-
ning naar voren is geklapt, mag alleen de zitplaats achter de
bestuurdersstoel worden gebruikt om personen te vervoeren.
De rugleuningen van de zitplaatsen achterin correct vergren-
delen.
De in hoogte verstelbare hoofdsteun zodanig instellen, dat de
bovenzijde van de hoofdsteun zoveel mogelijk in lijn ligt met
het bovenste gedeelte van het hoofd.
Op de bezette zitplaats achterin mag de hoofdsteun niet in de
onderste positie staan, hoewel de bovenzijde van de hoofd-
steun in lijn ligt met het bovenste gedeelte van het hoofd.
De voeten in de voetenruimte laten.
De volledige zitting gebruiken.
Niet naar voren leunen of opzij gaan zitten.
De ledematen niet door de ruitopeningen naar buiten steken.
De bestuurdersstoel in lengterich-
ting zo instellen dat u de pedalen
met licht gebogen benen volledig
kunt intrappen.
Het stuurwiel zo instellen dat de
afstand
borstkas ten minste 25 cm be-
draagt .
De hoek van de leuning zodanig in-
stellen, dat u het stuurwiel op het
bovenste punt met licht gebogen
armen kunt vastpakken.
De bijrijdersstoel zo ver mogelijk naar achteren schuiven. De
bijrijder moet een minimumafstand van 25 cm t.o.v. het dash-
board in acht nemen.
tussen stuurwiel en
A

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave