Controlelampjes
Werking
WAARSCHUWING
Het negeren van brandende controlelampjes en de bijbehorende
meldingen op het display van het instrumentenpaneel kan leiden
tot ongevallen, zware verwondingen of schade aan de wagen.
De controlelampjes in het instrumentenpaneel geven de actuele
toestand van bepaalde functies resp. storingen aan.
Bij sommige controlelampjes die gaan branden, klinken boven-
dien akoestische signalen en verschijnen meldingen op het dis-
play in het instrumentenpaneel.
Aanvullende controlelampjes
Samen met enkele controlelampjes brandt op het display ook
het aanvullende controlelampje:
- Gevaar
- Waarschuwing
Controlelampjesoverzicht
Na het inschakelen van het contact gaan enkele controlelampjes
ter controle van de werking van de wagensystemen kort bran-
den. Indien de gecontroleerde systemen in orde zijn, gaan de be-
treffende controlelampjes enkele seconden na het inschakelen
van het contact uit.
Meer informatie
» Pagina 17,
Werking.
Controlelampjes ›
Symbool
Betekenis
Geeft samen met een ander controlelampje
een waarschuwing aan
Niet-omgegespte veiligheidsgordel voorin en
achterin
» Pagina
12 volt accu wordt niet geladen
na
222.
Onvoldoende rijvermogen
Koelvloeistofpeil te laag
Remvloeistofpeil te laag
Storing elektromechanische rembekrachti-
ger
» Pagina
173.
Samen met
- Storing remsysteem en
ABS
» Pagina
173.
Parkeren op te steile helling
Parkeerrem ingeschakeld
Brandt - Storing stuurbekrachtiging
na
61.
Knippert - Storing stuurkolomvergrende-
ling
» Pagina
61.
Besturing direct overnemen
Werking
17
» Pagina
17.
64.
» Pagi-
» Pagina
101.
» Pagina
220.
» Pagina
168.
» Pagina
169.
» Pagina
169.
» Pagi-
» Pagina
184.