Bericht
Verschijnt nadat u de voedingsmodus op ACCESSOIRE of
Modellen met
●
automatische transmissie
AAN zet.
Type met het stuur rechts
●
Wordt weergegeven wanneer u het bestuurdersportier
ontgrendelt en opent.
Modellen met
handgeschakelde transmissie
Verschijnt wanneer de voedingsmodus ACCESSOIRE
●
actief is.
●
Verschijnt nadat het bestuurdersportier is geopend terwijl
de voedingsmodus ACCESSOIRE actief is.
●
Verschijnt als de batterij van de afstandsbediening te zwak
is om de motor te starten of als de sleutel niet binnen het
werkingsbereik is om de motor te starten. De zoemer klinkt
nu zesmaal.
●
Wordt weergegeven wanneer het stuurwiel is vergrendeld.
Verschijnt wanneer de knop ENGINE START/STOP wordt
●
ingedrukt tijdens het rijden.
* Niet beschikbaar op alle modellen
uuControlelampjesuWaarschuwings- en informatiemeldingen op interface voor bestuurdersinformatie
Conditie
Uitleg
De motor starten
2
BLZ. 469
—
●
Zet de voedingsmodus in VOERTUIG UIT.
Knop ENGINE START/STOP
2
●
Breng de achterkant van de afstandsbediening in contact met
de knop ENGINE START/STOP.
Bij een zwakke batterij van de sleutelloze
2
afstandsbediening
BLZ. 709
●
Beweeg het stuurwiel naar links en rechts terwijl u de knop
ENGINE START/STOP indrukt.
Noodstop motor
2
BLZ. 710
*
BLZ. 195
WORDT VERVOLGD
137