Problemen oplossen
Raadpleeg bij problemen met de camera eerst het gedeelte Problemen
oplossen. Als u het probleem hiermee niet kunt oplossen, neemt u
contact op met uw dealer of Canon Service Center.
Stroomgerelateerde problemen
De batterij laadt niet opag.
Indien de resterende capaciteit van de batterij (pag. 334) 94% of
hoger is, wordt de batterij niet opgeladen.
Laad alleen echte Canon-batterijen op van het type LP-E6/LP-E6N.
Het lampje van de oplader knippert snel.
Als (1) de batterijlader of de batterij een probleem heeft of (2) er geen communicatie met
de batterij kon plaatsvinden (met een batterij van een ander merk dan Canon), stopt het
beveiligingscircuit met opladen en knippert het lampje snel oranje. Verwijder in geval van
(1) het netsnoer van de oplader uit het stopcontact. Haal de batterij uit de oplader en
plaats deze vervolgens terug. Wacht een paar minuten en steek de stekker vervolgens
weer in het stopcontact. Als het probleem aanhoudt, neemt u contact op met uw dealer
of het dichtstbijzijnde Canon Service Center.
Het lampje van de oplader knippert niet.
Als de interne temperatuur van de batterij die in de oplader is geplaatst
hoog is, wordt de batterij om veiligheidsredenen niet opgeladen (lampje is
uit). Als de temperatuur van de batterij tijdens het opladen om welke
reden dan ook te hoog wordt, wordt het opladen automatisch stopgezet
(lampje knippert). Wanneer de temperatuur van de batterij weer daalt,
wordt het opladen automatisch hervat.
De camera werkt niet, zelfs niet als de aan-uitschakelaar op <1> staat.
Controleer of de batterij correct in de camera is geplaatst (pag. 30).
Controleer of het klepje van het batterijcompartiment is gesloten (pag. 30).
Controleer of het klepje van de kaartsleuf is gesloten (pag. 31).
Laad de batterij op (pag. 28).
356