WERKING
Gebruik deze hendel (7) om de machine te laten rijden.
(a) VOORUIT: De hendel wordt naar voren geduwd
(b) ACHTERUIT: De hendel wordt naar achter getrokken.
N (Neutraal) : De machine stopt
(8) Pedaalvergrendeling (voor bedieningspedaal voor de zwenkbeweging van de giek)
Wa n n e er d e z w e n k f u n c t i e v a n d e g i ek n i e t n o d i g i s , k u n t u d e g i e k ve r g r en d el en m et d e
pedaalvergrendeling. Als het pedaal per ongeluk wordt ingedrukt terwijl het niet vergrendeld is, kan dit tot
een ernstig ongeval of letsel leiden.
Deze plaat (8) wordt gebruikt om het giekzwenkpedaal vast te
zetten.
Het pedaal wordt vergrendeld door de plaat over het pedaal te
klappen.
(9) Bedieningspedaal voor de zwenkbeweging van de giek
Dit pedaal (9) zwenkt de giek naar links en naar rechts.
(a): naar rechts zwenken
(b): naar links zwenken
N (Neutraal): giek wordt tot stilstand gebracht en in deze
positie gehouden.
WAARSCHUWING
INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
RYA17040
RYA16610
RYA17050
3-13