WERKING
(2) Zwenkvergrendelingshendel
Activeer de zwenkvergrendeling tijdens het rijden of wanneer u de zwenkfunctie niet gebruikt.
BEMERKING
Probeer de zwenkfunctie niet te gebruiken wanneer de zwenkvergrendelingshendel in de LOCK-stand
staat.
Deze hendel wordt gebruikt om de bovenstructuur te
vergrendelen zodat deze niet kan draaien.
Trek de hendel omhoog om de vergrendeling op te heffen.
B i j h e t i n s c h a k e l e n v a n d e L O C K - s t a n d m o e t u d e
b o v e n s t r u c t u u r a l t i j d e v e n w i j d i g p l a a t s e n m e t h e t
rupsbandframe, vervolgens drukt u de hendel volledig naar
beneden.
Als de bovenstructuur en het rupsbandframe niet evenwijdig
zijn, zal de vergrendeling niet geactiveerd worden wanneer de
hendel in de LOCK-stand wordt gedrukt.
(3) Bedieningshendel werkuitrusting links
(4) Bedieningshendel werkuitrusting rechts
Deze linkse bedieningshendel van de werkuitrusting (3) wordt
gebruikt om de arm en de bovenstructuur te bedienen.
•
Bediening zwenkbeweging
(a) Zwenken naar rechts
(b) Zwenken naar links
•
Bediening arm
(c) Arm IN
(d) Arm UIT
•
N (Neutraal) : De bovenstructuur en de arm worden in hun
positie gehouden wanneer ze stoppen en niet bewegen.
Deze bedieningshendel werkuitrusting (4) rechts wordt gebruikt
om de giek en de grijper te bedienen.
•
Bediening giek
(a) OMHOOG
(b) OMLAAG
•
Bediening grijper
(c) KIPPEN
(d) INTREKKEN
•
N (Neutraal) :De giek en grijper worden in hun positie
gehouden wanneer ze stoppen en niet bewegen.
WAARSCHUWING
INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
RYA16970
RYA17000
RYA17010
3-11