VEILIGHEID
•
Indien
er
zich
hoogspanningskabels onder de grond van de werkplaats
bevinden, neem dan contact op met de desbetreffende
maatschappijen en bepaal de plaats van die leidingen. Zorg
ervoor dat de leidingen niet breken of beschadigd worden.
•
Neem de nodige maatregelen om te voorkomen dat
onbevoegde personen het werkterrein betreden.
•
Meer bepaald: indien u werkzaamheden moet uitvoeren op
de openbare weg, bescherm dan voetgangers en wagens
door iemand aan te duiden die het verkeer regelt of door de
werkplaats af te bakenen met een omheining.
•
Controleer, bij het rijden of werken in ondiep water of op mulle
grond, vooraf de vorm en de toestand van de bodem, en de
diepte en stromingssnelheid van het water.
WERKEN OP LOSSE GROND
•
Werk met de machine niet te dicht bij de rand van ravijnen, afgronden en diepe greppels. De ondergrond kan
zwak zijn in die zones. Als de grond inzakt onder het gewicht of de trillingen van de machine, bestaat het
gevaar dat de machine naar beneden valt of kantelt. Onthoud dat de grond na een hevige regenbui, na het
opblazen van rotsen of na een aardbeving, erg zwak is.
•
Wanneer u op dijken of dichtbij uitgegraven sleuven werkt, bestaat het gevaar dat het gewicht en de trillingen
van de machine de grond doen inzakken. Neem vóór het begin van de werkzaamheden maatregelen om te
controleren of de grond veilig is en om te voorkomen dat de machine kantelt of valt.
water-
en
gasleidingen,
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN
of
RYA00430
2
2-19