56
Stoelen, veiligheidssystemen
veiligheidsgordels of veiligheids‐
gordels. Vreemde voorwerpen
kunnen de juiste bevestiging van
het kinderzitje aan de veranke‐
ringspunten in de weg staan.
4. Plaats het kinderzitje in de stoel
boven de twee onderste veranke‐
ringen en bevestig het aan de ver‐
ankeringen volgens de instructies
die bij het kinderzitje worden ge‐
leverd.
5. Verstel het kinderzitje en zet het
vast volgens de aanwijzingen van
de fabrikant van de kinderzitje.
Voorzichtig
Ongebruikte kinderzitjes kunnen
naar voren bewegen.
Verwijder ongebruikte kinderzitjes
of zet deze vast met de veilig‐
heidsgordel.
Let op
Omdat een veiligheidsgordel of een
kinderzitje zeer heet kunnen worden
in een afgesloten auto, dient u be‐
kleding en gespen te controleren
voordat u een kind in het zitje plaatst.
9 Waarschuwing
Gebruik alle ISOFIX onderste en
bovenste tuiverankeringen alleen
voor hun beoogde doel.
ISOFIX onderste en bovenste tui‐
verankeringen zijn alleen ontwor‐
pen om kinderzitjes aan te beves‐
tigen die voorzien zijn van boven‐
ste en onderste tuiverankerings‐
bevestigingen.
Gebruik ISOFIX onderste en bo‐
venste tuiverankeringen niet om
veiligheidsgordels voor volwasse‐
nen, zespuntsveiligheidsgordels
of andere voorwerpen in uw auto.
Het gebruik van ISOFIX onderste
en bovenste tuiverankeringen
voor het bevestigen van veilig‐
heidsgordels voor volwassenen,
zespuntveiligheidsgordels of an‐
dere voorwerpen in uw auto zal
geen adequate bescherming bie‐
den in het geval van een aanrijding
en kan resulteren in (fataal) letsel.
9 Waarschuwing
Een kinderzitje dat op de voorstoel
wordt geplaatst, kan ernstig of fa‐
taal letsel veroorzaken.
Plaats een kinderzitje dat tegen de
rijrichting in moet worden ge‐
plaatst, nooit op de voorstoel die
voorzien is van een frontairbag.
Een kind in een kinderzitje dat te‐
gen de rijrichting in geplaatst moet
worden dat gemonteerd is op de
voorstoel kan ernstig gewond ra‐
ken wanneer de airbag voor de
voorpassagier wordt geactiveerd.
Plaats een kinderzitje dat tegen de
rijrichting in geplaatst moet wor‐
den op de achterbank.