238
Verzorging van de auto
gebalanceerd. Raadpleeg uw er‐
kende Chevrolet dealer voor de juiste
diagnose.
Sneeuwkettingen
Sneeuwkettingen zijn alleen toege‐
staan op de vooras (uitsluitend bij 14,
15, 16 inch banden).
Gebruik altijd kettingen met fijne
schakels waardoor het loopvlak en de
binnenkanten (inclusief kettingslot)
met niet meer dan 10 mm toenemen.
9 Waarschuwing
Beschadigingen kunnen een klap‐
band veroorzaken.
Bandenreparatieset
Lichte beschadigingen van de loop‐
vlakken en de zijwanden van de ban‐
den kunnen met de bandenreparatie‐
set worden verholpen.
Vreemde voorwerpen niet uit de ban‐
den verwijderen.
Beschadigingen die groter zijn dan
4 mm of die in de bandwang dichtbij
de velg zitten, kunnen niet met de
bandenreparatieset worden verhol‐
pen.
9 Waarschuwing
Niet sneller rijden dan 80 km/u.
Niet langdurig gebruiken.
Bestuurbaarheid en rijeigen‐
schappen worden mogelijk nade‐
lig beïnvloed.
Bij bandenpech:
Trek de handrem aan.
Schakel bij een handgeschakelde
versnellingsbak in de eerste versnel‐
ling of de achteruitversnelling.
Schakel bij een automatische ver‐
snellingsbak naar de stand P.
De bandenreparatieset zit in een op‐
bergvak onder de vloerafdekplaat van
de bagageruimte.
1. Haal de bandenreparatieset uit
het opbergvak.
2. Verwijder de compressor en de
fles afdichtmiddel.