1. Motorluchtfilter
2. Peilstok motorolie
3. Vuldop motorolie
4. Remvloeistofreservoir
5. Accu
6. Zekeringenkastje
7. Sproeiervloeistofreservoir
8. Koelvloeistofreservoir
9. Reservoir hydraulische stuurbe‐
krachtigingsvloeistof /AUX. zeke‐
ringhouder (1.4 benzine turbo)
Motorolie
Wij raden u aan het motoroliepeil vóór
elke lange rit handmatig te controle‐
ren.
Alleen op een vlakke ondergrond
controleren. De motor moet op be‐
drijfstemperatuur zijn en minstens
5 minuten uitgeschakeld zijn ge‐
weest.
Oliepeilstok uittrekken, afvegen, tot
aan de aanslag van de handgreep
weer insteken, opnieuw uittrekken en
het motoroliepeil aflezen.
Peilstok tot aan de aanslag van de
handgreep insteken en een halve
slag draaien.
Wanneer het motoroliepeil tot het
merkje MIN is gedaald, dan motorolie
bijvullen.
Verzorging van de auto
<Benzinemotor>
<Dieselmotor>
205