Nummer Gebruik
48
Elektrisch stuurslot
49
Hulpkrik
50
Afstandsbediening op
stuurwiel
51
Achtergrondverlichting
bedieningsorganen op
stuurwiel
52
Module externe functie
smartphone
53
Extra stopcontact
54
–
55
Logistiek
56
–
57
–
58
Logistiekrelais
59
–
60
Relais accessoires /
behouden accessoirevoe‐
ding
Bouw de klep opnieuw in door eerst
de onderste nok erin te steken en
druk de klep terug op de oorspronke‐
lijke positie.
Boordgereedschap
Gereedschap
Open de vloerplaat van de bagage‐
ruimte 3 62.
Het sleepoog en een schroeven‐
draaier bevinden zich onder een
afdekking in de bagageruimte.
Verzorging van de auto
Velgen en banden
Conditie van banden en velgen
Zo langzaam mogelijk en onder een
rechte hoek over obstakels. Het rijden
over scherpe randen kan schade aan
banden en velgen tot gevolg hebben.
Banden niet tegen de stoeprand
klemmen.
De wielen regelmatig op beschadi‐
ging controleren. Bij beschadigingen
of abnormale slijtage de hulp van een
werkplaats inroepen.
Banden
Zelfdichtende banden
Op deze auto kunnen zelfdichtende
banden zijn gemonteerd. In deze
banden zit een materiaal dat lekken
tot 6 mm in het loopvlak kan dichten.
De band kan spanning verliezen als
de zijwand is beschadigd of het gat in
het loopvlak te groot is. Als het
bandenspanningscontrolesysteem
aangeeft dat de bandenspanning
laag is, controleer de band dan op
241