● De auto heeft vijf minuten stilge‐
staan.
● Er is een probleem met het
aandrijvingssysteem.
Verdere vertraging kan worden
bereikt met de flipper voor regenera‐
tief remmen.
Regeneratief remmen 3 168.
Wasstraatmodus (auto uit)
N inschakelen terwijl de auto is uitge‐
schakeld:
1. Schakel de auto uit.
2. Zet de auto in de servicemodus
3 156.
3. Trap het rempedaal in, open het
portier en schakel over naar N.
4. De indicator moet nu N aangeven.
Is dit niet het geval, herhaal dan
de procedure.
5. Wanner N niet meer nodig is,
schakelt u over naar P en zet u de
auto uit.
Wasstraatmodus (auto aan)
N inschakelen terwijl de auto is inge‐
schakeld:
1. Trap het rempedaal in, open het
portier, schakel over naar N.
2. De indicator moet nu N aangeven.
Is dit niet het geval, selecteer N
dan opnieuw.
3. Schakel over naar P wanneer u bij
de auto terugkomt.
Rijden en bediening
Remmen
Het remsysteem omvat twee onaf‐
hankelijke remcircuits.
Wanneer een remcircuit uitvalt, kan
de auto nog met het andere circuit
worden afgeremd. De remvertraging
wordt echter alleen bereikt wanneer u
het rempedaal stevig bedient. Hier‐
voor is aanzienlijk meer kracht nodig.
De remweg wordt langer. Alvorens de
rit te vervolgen, moet u de hulp van
een werkplaats.
Als de auto is uitgeschakeld,
verdwijnt de rembekrachtiging nadat
het rempedaal een of twee keer is
ingetrapt. De remwerking wordt hier‐
door niet verminderd, maar er is
aanzienlijk meer kracht nodig om het
rempedaal te bedienen. Vooral bij het
slepen hiermee rekening houden.
Controlelamp R 3 82.
Antiblokkeersysteem
Het antiblokkeersysteem (ABS) voor‐
komt dat de wielen blokkeren.
165