Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Regelbereik Van De Bedieningsarmaturen; Maatregelen Ter Voorkoming Van Drift; Afgifte [L/Ha] Instellen - Amazone UG 2200 Nova Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

76
Voorbeeld:
Bij de ingestelde spuitdruk 3,2 bar, zijn variaties
tussen 2,4 en 4,0 bar toelaatbaar. Hierbij mag in
geen geval van het toegestane drukbereik van de
gemonteerde spuitdop worden afgeweken.
I
Het maximaal toegestane toerental van de
pomp van 550 t/min mag bij verhoging
van
de
rijsnelheid
overschreden!
7.5.2
Regelbereik
bedieningsarmaturen
Druk:
Volumestroom:
Aftakastoerental:
max. afwijking van de
ingestelde afgifte:
toegestane snelheidsafwijking binnen dezelfde
versnelling van de trekker:
toegestane drukschommelingen
van de ingestelde spuitdruk:
7.5.3

Maatregelen ter voorkoming van drift

-
Het spuiten naar de vroege morgen of naar de
late avond verleggen (in het algemeen waait
het dan minder).
-
Grovere doppen en voor meer watergebruik
kiezen.
-
Spuitdruk verlagen.
-
Boomhoogte nauwkeurig instellen, want met
grotere afstand tot de grond neemt het gevaar
voor drift sterk toe.
-
Rijsnelheid verminderen. (minder dan 8 km/uur).
Gebruik
van
anti-drift
-
luchtinjectiedoppen (ID) (met groter aandeel grove
druppels).
Rekening houden met spuitafstand van het
-
betreffende middel.
UG Nova SB 236 03/2002
In bedrijfstellenI
niet
worden
van
de
1 tot 7 bar
6 tot 220 l/min.
300 tot 540 t/min.
+/- 5 %
+/- 12 %
+/- 25 %
(AD)
doppen
of
7.5.4

Afgifte [l/ha] instellen

De vloeistofafgifte is afhankelijk van:
-
de dopafgifte (l/min). De afgifte per dop wordt
beïnvloed door het type en grootte van de
dop en de spuitdruk. De vereiste spuitdruk -
rekening houdend met type en grootte van de dop
- in de spuittabel opzoeken.
I
Door verhoging van de spuitdruk wordt de
dopopbrengst verhoogd, door verlaging
gereduceerd.
I
De keuze van de geschikte dop is
afhankelijk van de nagestreefde afgifte.
de rijsnelheid (km/uur). De werkelijke rijsnelheid
-
beslist op een proeftraject controleren, omdat
de
snelheidsmeter
onnauwkeurig is.
Zie hiervoor hfdst. 7.7 - "Werkelijke snelheid van
de trekker bepalen".
De spuittabellen geeft nuttige afstelgegevens, die van
belang zijn voor de keuze van de dop en
basisafstelling van de spuitdruk. Controleer in ieder
geval of de opgegeven waarden uit de tabel
overeenkomen door de spuit te kalibreren met
water (zie hiervoor hfdst. "afgifte meten van de
veldspuit".
7.5.4.1
Spuitdrukinstelling
-
In de juiste spuittabel opzoeken - rekening
houdend met type dop en -grootte.
-
Voorgeschreven afgifte in de spuittabel opzoeken
met de bijbehorende spuitdruk.
I
Ter
voorkoming
rijsnelheid en geringere spuitdruk kiezen!
I
Met verhoging van de druk worden de
druppels kleiner. Deze fijne druppels zijn
gevoeliger voor drift!
3
van
de
trekker
vaak
van
drift:
lagere

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Ug 3000 novaUg 4500 nova

Inhoudsopgave