10.21 Drukcompensatiesysteem
(DUS)
Met het drukcompensatiesysteem kan, doordat
iedere
sectie
met
(10.32/1 is verbonden, een permanente circulatie
met de spoelleiding tot stand worden gebracht. Het
systeem kan naar keuze met spuitvloeistof of
reinigingswater worden gevoed. De onverdunde
hoeveelheid restvloeistof wordt door dit systeem tot
2 l gereduceerd.
In normale spuittoestand is het systeem volledig
ingeschakeld (10.29/1).
Daardoor is de spuitvloeistof altijd meteen bij de
spuitdoppen beschikbaar waardoor een gelijkmatig
spuitbeeld bij het spuitbegin is gegarandeerd. Door
de continue circulatie van de spuitvloeistof wordt
verstoppen van de leiding voorkomen.
Hoofdbestanddelen van DUS zijn
•
Spoelslang-aansluitingen (10.28/1)
•
3-wegkraan (10.29/1)
•
Drukreduceerventiel (10.30/1)
Voor het gebruik met een sleepslangsysteem wordt
het
drukcirculatiesysteem
uitgeschakeld.
Met de kraan in stand 10.29/2. is het systeem
uitgeschakeld.
F
Met het sleepslangsysteem moet DUS
worden uitgeschakeld!
Met de kraan in stand 10.30 kan het systeem
worden afgetapt en leeggeblazen voor het winter
klaar maken.
Het drukreduceerventiel (10.30/1) is op de fabriek
vast ingesteld en verlaagt de druk in het systeem
tot 1 bar.
Extra uitvoeringen
een
doorspoelaansluiting
met kraan
10.29/1
Fig. 10.25
2
Fig. 10.26
1
Fig. 10.27
159
1
1
UG Nova SB 236 03/2002